Logo
  • Nieuws
  • 16 mei 2013
  • mr. Ginny Kessels TeekensKarstens advocaten notarissen

Geen vergoeding wegens hoge bovenwettelijke uitkering/wachtgeld

Een werknemer is op 1 januari 1990 als docent in dienst getreden bij een onderwijsinstelling. De bedrijfsarts heeft op 18 mei 2010 de werkgever op de hoogte gebracht van het feit dat de werknemer medio augustus 2010 een operatie te wachten staat waardoor hij langere tijd arbeidsongeschikt zal zijn. De werkgever heeft op 13 juli 2010 een vertrekregeling aangeboden naar aanleiding van terugkerende klachten over zijn functioneren.

Beeld Geen vergoeding wegens hoge bovenwettelijke uitkering/wachtgeld

De regeling houdt in dat partijen met wederzijds goedvinden uit elkaar gaan en dat de werknemer aanspraak heeft op wachtgeld (bovenwettelijke werkloosheidsuitkering). Partijen hebben een akkoord bereikt op de uitgangspunten maar de aandienende arbeidsongeschiktheid heeft de werknemer weerhouden om een handtekening te plaatsen. De werknemer is dus in dienst gebleven en is vervolgens van 16 augustus 2010 tot 4 juni 2012 arbeidsongeschikt geweest.

Ontbinding wegens verstoorde arbeidsrelatie


De werkgever verzoekt in januari 2013 om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een verstoorde arbeidsrelatie. Volgens de werkgever is de werknemer volledig zijn eigen gang gegaan en heeft hij zich ronduit misdragen. De kantonrechter oordeelt dat de verslechterde verhouding grotendeels voor rekening en risico van de werkgever dient te komen omdat hij de werknemer te weinig houvast of richtlijnen heeft gegeven. Er is dan ook aanleiding om de werknemer een vergoeding toe te kennen. De vraag daarbij is of er reden is de werknemer bovenop zijn aanspraak op het wachtgeld nog een vergoeding toe te kennen.
De werknemer verzoekt in geval van ontbinding van de arbeidsovereenkomst, naast het wachtgeld, een vergoeding met een correctiefactor van 2 (in casu afgerond van € 214.000 bruto), vanwege de verwijtbaarheid aan de zijde van werkgever en het voornemen van werkgever om als eigenrisicodrager de werknemer de werkloosheidsuitkering te onthouden.
De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden en ziet geen aanleiding voor toekenning van een vergoeding bovenop het wachtgeld en motiveert dit als volgt.

Kosten wachtgeldregeling


De wachtgeldregeling van de BWRHBO houdt een regeling in voor de werknemer waarin hij eerst 83 procent, daarna 78 procent en daarna tot zijn pensioen ten minste 70 procent van zijn huidig inkomen ontvangt, alsmede 37,5 procent pensioenopbouw. De gehele WW-uitkering, de aanvullende uitkering en een aansluitende uitkering zouden volledig voor rekening van de werkgever komen ad in totaal afgrond € 212.000. Bij weglating van de bruto WW resteert een bedrag van afgrond € 128.000, zijnde volgens de kantonrechter een bedrag dat bij afwikkeling een neutrale factor benadert dan wel overschrijdt. Gelet op alle omstandigheden van het geval ziet de kantonrechter geen aanleiding voor toekenning van een vergoeding daarbovenop.

Rechtbank Arnhem (Sector kanton te Nijmegen), 21 februari 2013, LJN: BZ7405

Tip

De meeste kantonrechters kennen geen (hoge) vergoeding toe als een werknemer al recht heeft op wachtgeld maar een werkgever dient dit onder omstandigheden goed te motiveren.

 

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.