Volwassen Nederlanders bewegen steeds meer
Volwassen Nederlanders bewegen steeds vaker voldoende. Groepen die achter blijven zijn ouderen, allochtonen, chronisch zieken, mensen met zittend werk en middelbare scholieren. Uit cijfers van TNO blijkt dat 68 procent van de volwassenen en 47 procent van de jongeren in 2008 voldoende bewoog. Staatssecretaris Jet Bussemaker van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) presenteerde de cijfers tijdens het jubileumcongres van het Nederlands Instituut Sport en Bewegen (NISB).
TNO meet vanaf 2000 de mate waarin volwassen Nederlanders bewegen. In 2000 deed 52 procent van de volwassenen genoeg aan beweging. De toename naar 68 procent in 2008 is dus aanzienlijk. Of jongeren tussen de 4 en 17 jaar voldoende bewegen, wordt pas sinds 2006 door TNO gemeten. Vergeleken met 2006 is het percentage jongeren dat genoeg beweegt nauwelijks toegenomen.
Actief
Lichamelijke activiteiten tijdens werk en school en activiteiten in het huishouden zijn volgens TNO goed voor 58 procent van de totale hoeveelheid lichamelijke activiteit van volwassenen. De volwassen Nederlander brengt als hij wakker is 40 procent van zijn tijd zittend of liggend door. Het aantal volwassenen dat inactief is, steeg in 2008 bijna een procent. Zes procent van de volwassenen is inactief.
Bijna 17 procent van de jongeren is inactief. Ze bewegen het meest op school en tijdens sport. De Nederlandse jongeren brengen op een normale schooldag als ze wakker zijn gemiddeld 53 procent van hun tijd zittend of liggend door.
Beweegachterstand
Groepen met een beweegachterstand zijn ouderen vanaf 65 jaar, met name de 75-plussers; niet-werkenden. Verder bewegen bij de volwassenen relatief veel mensen met een lage opleiding onvoldoende. Dit geldt ook voor mensen met een zittend beroep, die niet aan sport doen of een langdurige aandoening hebben en allochtonen. Onder jongeren gaat het voornamelijk om meisjes, jongeren in de middelbare schoolleeftijd, zij die niet sporten en allochtonen.
Staatsecretaris Bussemaker kondigde tijdens het jubileumcongres aan dat ze samen met het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap en het NISB de komende jaren gaat stimuleren dat meer groepen gaan bewegen.
Tip: Het aanbrengen van aanpassingen in de werkomgeving is de gemakkelijkste manier om uw werknemers in beweging te brengen. Ook degenen die niet erg sportief zijn ingesteld, dwingt u zo tot meer beweging. Denk hierbij aan het vergroten van de afstand tussen werkplekken en printer, kopieerapparaat en koffieautomaat. Ook het vertragen van de lift om de trap aantrekkelijker te maken, kan een manier zijn om het personeel meer te laten bewegen. In dergelijke oplossingen hebben TNO en NISB ook het meeste vertrouwen. Verder is het belangrijk dat uw management het goede voorbeeld geeft.
