Een werknemer is kwaliteitscontroleur van fruit en heeft na bijna negen jaar zijn arbeidovereenkomst opgezegd. Bij een andere werkgever kan de werknemer 8 procent meer salaris verdienen, de reistijd zou korter zijn en ook andere ex-werknemers waren al bij diezelfde aantrekkelijke werkgever aan de slag gegaan. In zijn arbeidsovereenkomst is echter een concurrentiebeding opgenomen dat de werknemer verbiedt om gedurende één jaar na het einde van de overeenkomst soortgelijke werkzaamheden bij een concurrerende onderneming te verrichten.

 

De kantonrechter deed in een kort geding uitspraak over de vraag of het concurrentiebeding geschorst moest worden. Tijdens de zitting werd duidelijk dat de concurrerende onderneming op enkele meters van de ex-werkgever is gevestigd, zodat het tweede argument vervalt. Ex-werknemers die eerder bij die onderneming in dienst zijn getreden, blijken ook allemaal aan het concurrentiebeding te zijn gehouden. Het resterende argument van de loonsverhoging vindt de kantonrechter niet aanzienlijk, terwijl tijdens de zitting de werknemer ook laat weten dat het loon niet zijn belangrijkste motivatie is. Daarmee zijn alle argumenten van de werknemer komen te vervallen. De rechter is van oordeel dat de duur van één jaar van het concurrentiebeding ook niet buiten proportioneel is. De werknemer zou volgens de ex-werkgever voldoende kansen hebben om op zijn vakgebied bij andere ondernemingen aan de slag te kunnen, terwijl de ex-werkgever ook heeft aangeboden om de opzegging van de arbeidsovereenkomst ongedaan te maken. De vordering wordt dan ook afgewezen.

 

Tip

In veel arbeidsovereenkomsten wordt standaard een concurrentiebeding opgenomen, vaak zonder vooraf te overwegen of een dergelijk beding wel nodig is in de betreffende arbeidsrelatie. Een concurrentiebeding is bedoeld om de werkgever te beschermen tegen eventuele oneerlijke concurrentie.

 

Kantonrechter Rotterdam, 30 september 2008, LJN BI3611