In december 2009 heeft werkgever schriftelijk aan werknemer medegedeeld dat zij niet meer zou worden opgeroepen. Werknemer stelde dat deze mededeling moest worden gezien als een eenzijdige beëindiging van haar arbeidsovereenkomst zonder inachtneming van de opzegtermijn en vorderde een schadevergoeding gelijk aan haar salaris over de opzegtermijn van twee maanden. 

 

Wettelijke rechtsvermoeden arbeidsovereenkomst

De kantonrechter oordeelde dat de door partijen gesloten oproepovereenkomst voldoet aan de kwalificatie van een mup. De werkgever was onder bepaalde voorwaarden immers gehouden de werkneemster op te roepen en de oproepkracht was verplicht aan een oproep gehoor te geven. Daarnaast heeft de werkneemster gedurende zes maanden gemiddeld meer dan twintig uur per week gewerkt en kan zij zich beroepen op het wettelijke rechtsvermoeden van het bestaan van een arbeidsovereenkomst.

 

Eenzijdige beëindiging arbeidsovereenkomst

De mededeling van de werkgever dat de werknemer niet meer zal worden opgeroepen, valt volgens de kantonrechter aan te merken als een eenzijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Ook al staat in de schriftelijke mededeling van de werkgever niet letterlijk dat de arbeidsovereenkomst wordt opgezegd. Aangezien een werkgever een arbeidsovereenkomst niet zonder toestemming van het UWV kan opzeggen, heeft werkgever de arbeidsovereenkomst in dit geval niet rechtsgeldig beëindigd. De werkgever wordt veroordeeld tot een schadevergoeding gelijk aan het loon over de opzegtermijn. 

 

Kantonrechter Nijmegen, 29 april 2011, LJN: BR1691

 

Tip

Als de werknemer die werkzaam is op basis van een oproepovereenkomst, verplicht is aan oproep van de werkgever gehoor te geven, is er over het algemeen sprake van een mup. Een werkgever kan deze arbeidsovereenkomst niet beëindigen door de werknemer eenvoudigweg niet meer op te roepen.