Geen uitbetaling ATV-dagen/uren bij einde dienstverband
Op de arbeidsovereenkomst is een CAO van toepassing waarin ook ATV-dagen zijn voorgeschreven. Gedurende het dienstverband worden deze dagen niet opgenomen. Na het einde van het dienstverband vordert de werknemer betaling van loon over die dagen, omdat hij heeft gewerkt op ATV-dagen.
De Hoge Raad overweegt dat ATV-regelingen in het algemeen in het leven zijn geroepen om het verlies van arbeidsplaatsen tegen te gaan en nieuwe arbeidsplaatsen te creëren. Dit betekent dat, anders dan bij de vakantieregeling het geval is, deze regeling niet de bedoeling heeft om de werknemer te beschermen tegen overbelasting door hem betaald verlof te geven. Om die reden is het wettelijke regime dat geldt voor vakantiedagen dan ook niet van toepassing op ATV-dagen.
De vraag of de werknemer aan het einde van het dienstverband nog recht heeft op een betaling van niet opgenomen ATV, kan worden beantwoord aan de hand van wat daarover is overeengekomen tussen werkgever en werknemer, danwel wat daarover in de CAO is opgenomen. Als de CAO niet bepaalt dat de werknemer bij het einde van het dienstverband recht heeft op een geldelijke vergoeding in verband met niet opgenomen ATV, dan is er geen grond voor toewijzing van de vordering van de werknemer.
Hoge Raad, 2 oktober 2009, LJN: BI9633
Tip: Het ontbreken van een wettelijk regime voor ATV-dagen biedt niet alleen meer mogelijkheden bij het einde van het dienstverband, maar ook bij de vaststelling van de tijdstippen waarop ATV wordt genoten. Als niet anders is overeenkomen (of uit de CAO voortvloeit) mag de werkgever dus ook eenzijdig ATV-dagen vaststellen, waarmee hij kan voorkomen dat er een al te grote voorraad ontstaat.