Actieplan gaat schijnzelfstandigheid te lijf
Het kabinet gaat onderzoeken of het grijze gebied tussen werknemerschap en zelfstandig ondernemerschap wettelijk moet worden aangepakt. Hiervoor is het Actieplan bestrijden van schijnconstructies opgesteld.
Schijnzelfstandigheid komt in diverse sectoren voor. Het ministerie van Economische Zaken heeft onderzoek laten doen naar schijnzelfstandigheid in vier sectoren. Het onderzoek komt tot geschatte percentages schijnzelfstandigen (onder zzp’ers) variërend van:
• 3 tot 5 procent in de bouw;
• 9 tot 15 procent in de zorg;
• 14 procent in het personen- en goederenvervoer; en
• 5 tot 10 procent op de terreinen management- en organisatieadvies en ICT.
Van schijnzelfstandigheid is sprake wanneer mensen formeel werkzaam zijn als zelfstandigen, terwijl op grond van feiten en omstandigheden sprake is van een arbeidsovereenkomst. Met een dergelijke constructie worden vaak loonheffing (inclusief sociale premies) en arbeidsrechtelijke bescherming ontweken en kunnen onterecht fiscale (ondernemers)faciliteiten worden geclaimd. Ook kan hiermee de Wet arbeid vreemdelingen (WAV) voor bepaalde groepen worden omzeild. Actief bestrijden van schijnzelfstandigheid is dus van belang, niet alleen vanwege de nadelige gevolgen voor de overheidsfinanciën, maar ook om oneigenlijke concurrentie en verdringing op de arbeidsmarkt te voorkomen aldus het kabinet.
Actieplan bestrijden van schijnconstructies
Het actieplan beschrijft op de volgende terreinen welke specifieke problemen zich daar voordoen, wat daar nu al aan wordt gedaan en welke maatregelen het kabinet gaat nemen:
• Schijnzelfstandigheid.
• Ontduiking minimumloon.
• Misbruik premieafdracht (inclusief de A1-verklaring).
• Ontduiking van cao’s (onder meer bij grensoverschrijdende arbeid).
• Gefingeerde dienstverbanden.
• Migratieconstructies.
Tip
U kunt het Actieplan bestrijden van schijnconstructies hier inzien.