40-urige werkweek terug van weggeweest?
Langer werken wordt steeds meer de trend. Aan het eind van de lente liet werkgeversvereniging AWVN al weten dat het taboe op het draaien van meer werkuren in ruil voor meer loon langzaam verdwijnt. Dat bleek uit de tussenbalans die de AWVN in mei had opgemaakt.
In 72 van de 340 tot nu toe in dit cao-seizoen 2008 afgesloten cao’s zijn afspraken gemaakt over het aantal te werken uren. Het gaat hier volgens de directeur van de AWVN niet om kleine cao’s. Zij gelden voor anderhalf miljoen werknemers. De 72 cao’s bevatten afspraken over:
- het verminderen van de arbeidsduur- en arbeidstijdverkortingdagen (adv- en atv-dagen)
- het verlengen van de wekelijkse arbeidsduur
- het terugdringen van extra vakantiedagen op basis van leeftijd of dienstjaren, en
- bijzondere verlofuren.
In sommige cao’s wordt soms ook anders omgesprongen met het begrip ‘feestdagen’. In vooral de productiesector zijn er regelingen, waarbij oudere werknemers minder hoeven te werken voor bijvoorbeeld 80 procent van het bruto-loon.
Pijlsnel oplopende inflatie
De AWVN, betrokken bij het afsluiten van 500 van de 900 cao’s, vindt dit een goede ontwikkeling. De werkgeversorganisatie wijst op de slechte voortekenen: de huidige krapte op de arbeidsmarkt en de pijlsnel oplopende inflatie, die zich kunnen vertalen in forse loonstijgingen. Verder noemt de AWVN de economische groei die tot stilstand lijkt te zijn gekomen en de achterblijvende toename van de arbeidsproductiviteit.
Onderscheid harde en zachte afspraken
De AWVN onderscheidt ‘harde’ en ‘zachte’ cao-afspraken voor langer werken. Hard is een langere werkweek, in ruil voor geld. Werknemers kunnen atv- dagen terugkopen, zoals nu in 22 cao’s voor in totaal 1,1 miljoen werknemers. Zacht is de werkweek op 36 of 38 uur houden. Werknemers kunnen vrijwillig wel langer werken in ruil voor meer loon. Dit kennen 49 cao’s voor 400.000 werknemers.
In ruil voor minder
De atv- of adv-dag ontstond in de jaren 80 van de vorige eeuw, toen de werkloosheid onder met name jongeren de pan uit rees. Werkgevers en werknemers spraken tijdens het Akkoord van Wassenaar in 1982 af de lonen te matigen in ruil voor minder werken. Doordat veel werknemers 38 in plaats van 40 uur gingen werken, zou er ruimte komen voor nieuwkomers op de arbeidsmarkt. In de praktijk ging dit niet een-op-een op. Gemiddeld bleken werknemers hun kortere werkweek efficiënter te besteden, waardoor bedrijven niet ineens nieuw personeel konden gebruiken.
Anno 2008
Nu is er van een situatie tegenovergesteld aan die van begin 1980 sprake: er dreigt nu geen overschot aan werknemers, maar juist een structureel en langdurig tekort. In het CDA-verkiezingsprogramma staat dat iedereen weer 40 uur moet gaan werken. Daar voelen de werknemersorganisaties niets voor. Ze vinden dat werknemers meer zeggenschap over hun werktijden te zijn. Werknemers, die dat willen kunnen wat de vakbonden betreft hun adv-dagen verkopen in ruil voor meer loon, scholing of een langer zorgverlof. En omgekeerd: dat zij desgewenst en in overleg met hun baas extra vrije dagen kunnen kopen.
In piekperioden 44 uur
De werkgevers scharen zich wat dat betreft achter de vakbonden. VNO-NCW vindt dat per bedrijf de mogelijkheid moet worden bekeken en waar het nodig is, kan langer worden gewerkt. En dan het liefst niet standaard 40 uur, maar bijvoorbeeld in piekperioden 44 uur en in rustiger tijden bijvoorbeeld 32 uur.
Tip
Het Centraal Planbureau voorspelt dat de loonkosten in 2009 structureel stijgen met 4 procent, terwijl de productiviteitsgroei slechts 1 procent bedraagt.