Logo
  • Nieuws
  • 9 juli 2012
  • mr Ireen Castenmiller-van Hoorn

Overtreding nevenactiviteitenbeding: ontslag op staande voet

Na het vertrek van een collega in oktober 2010 blijft een werknemer nauw contact met hem houden in het kader van de nieuwe activiteiten van de collega. De werkgever ontdekt dit en stelt de werknemer op non-actief. Met ingang van 1 november 2011 eindigt de arbeidsovereenkomst van de werknemer met wederzijds goedvinden onder toekenning van een vergoeding. Partijen spreken af dat ze geen beroep op vernietiging of ontbinding van de vaststellingsovereenkomst kunnen doen.

Beeld Overtreding nevenactiviteitenbeding: ontslag op staande voet

In oktober 2011 treft de werkgever een e-mail aan waaruit blijkt dat de werknemer tijdens de non-actiefstelling betrokken is geweest bij een koopovereenkomst van zijn oud-collega. Door daarmee willens en wetens bij te dragen aan de overtreding van het concurrentiebeding van de oud-collega en te handelen in strijd met het nevenactiviteitenbeding en goed werknemerschap, wordt de werknemer op staande voet ontslagen. Daarnaast doet de werkgever een beroep op dwaling en vernietigt hij de vaststellingsovereenkomst. De werknemer is van mening dat het ontslag op staande voet ongeldig is en dat de werkgever geen beroep op vernietiging kan doen als gevolg van de eerder genoemde afspraak in de vaststellingsovereenkomst.

 

Vernietiging vaststellingsovereenkomst door dwaling

Het Hof geeft de werkgever op beide fronten gelijk. Doordat de werknemer op essentiële momenten heeft nagelaten zijn werkgever op de hoogte te stellen van zijn activiteiten met zijn oud-collega die strijdig waren met het nevenactiviteitenbeding en terwijl de werkgever hem hier expliciet over had ondervraagd, acht het Hof een dringende reden voor het ontslag op staande voet aanwezig. Daarnaast vindt het Hof de toepassing van de gemaakte afspraak in de vaststellingsovereenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar gelet op de dwaling van de werkgever tijdens het sluiten van de vaststellingsovereenkomst. Hierdoor kan de werknemer hierop geen beroep doen. Door de vernietiging is de vaststellingsovereenkomst nooit tot stand gekomen en heeft de werknemer dus geen aanspraak op de beëindigingvergoeding.

 

Gerechtshof Arnhem, 15 mei 2012, LJN BW 6429

 

Tip

Ook na het sluiten van een vaststellingsovereenkomst maar voor het einde van de arbeidsovereenkomst kunnen er omstandigheden zijn die een ontslag op staande voet rechtvaardigen. Door vernietiging van de overeenkomst kan de verplichting tot het betalen van de overeengekomen vergoeding vervallen.

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.