Het deskundigenoordeel is bedoeld om de re-integratie vlot te trekken, maar in de praktijk wordt dat doel niet bereikt. Vaak wordt de uitkomst door werkgever en werknemer niet eens besproken, laat staan toegepast aldus Stichting De Ombudsman.

 

Re-integratie stagneert

Als de re-integratie van de zieke werknemer dreigt te stagneren, kunnen werkgever of werknemer bij UWV een deskundigenoordeel aanvragen. Uit het onderzoek van de stichting komt naar voren dat maar weinig werknemers wat aan het deskundigenoordeel hebben gehad.

 

Een van de grootste knelpunten van het deskundigenoordeel is volgens de onderzoekers dat het een momentopname is, terwijl de werknemer behoefte heeft aan hulp en advies. Het deskundigenoordeel dat bedoeld is om het oordeel van de bedrijfsarts te toetsen om zo de positie van de werknemer te versterken, schiet hierdoor tekort. De verwachting dat werknemer en werkgever er samen wel uitkomen na een deskundigenoordeel, blijkt in de praktijk dus niet altijd op te gaan. De Ombudsman vindt dat een deskundigenoordeel een vervolg moet krijgen, zo nodig met inschakeling van een mediator.

 

Deskundigenoordeel onbekend

Volgens de stichting blijkt verder dat het deskundigenoordeel wel degelijk nodig is. In meer dan de helft van de gevallen krijgt de werknemer gelijk van het UWV. De werkgever die meent dat zijn werknemer zonder ziek te zijn niet werkt, kan het loon van de werknemer inhouden. Door het deskundigenoordeel aan te vragen heeft de werknemer de mogelijkheid aan te tonen dat hij wél ziek is.

 

Daarnaast blijkt dat werknemers niet altijd weten dat ze een deskundigenoordeel aan kunnen vragen. Het is dan ook de taak van bedrijfsartsen en werkgevers de werknemer hierop te wijzen aldus De Ombudsman.