Minder werknemers onderbetaald
Het aantal werknemers dat minder verdient dan het wettelijk minimumloon (WML) is gedaald van 0,6 procent in 2004 naar 0,3 procent in 2006. Hierbij gaat het om zo’n 20.000 werknemers. Het brutoloon van onderbetaalde werknemers is ongeveer 9 procent lager dan het brutoloon waar ze recht op hebben. In 2004 was dit nog 13 procent.
Dit blijkt uit onderzoek van de Arbeidsinspectie naar de betaling van het WML op basis van de loonadministratie van ruim 2600 werkgevers. Minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft dit onderzoek naar de Tweede Kamer gestuurd. Het onderzoek wordt elke twee jaar onder een representatieve groep werkgevers uitgevoerd.
Dalende trend
Werknemers hebben recht op minimaal het wettelijk minimumloon. Deeltijders krijgen daarvan een bedrag naar verhouding. Donner schrijft in de brief aan de Kamer dat onderbetaling relatief weinig voorkomt en het aantal onderbetalingen afneemt. In 2001 werd nog 1,1 procent van de werknemers onderbetaald, vier keer zoveel dan nu is aangetroffen. Volgens Donner zijn de percentages te klein om van een definitief dalende trend te spreken.
Werkweek schema
Onderbetaling is vaak het gevolg van een verkeerde berekening van het bruto bedrag naar het netto bedrag. Werkgevers berekenen het loon van een deeltijder vaak op basis van een 40-urige werkweek, terwijl in het bedrijf een 36- of 38-urige werkweek de norm is. Donner komt op verzoek van de Kamer bedrijven nu tegemoet met een schema waarin per werkweek (van 40, 38 en 36 uur) het bijbehorende minimumuurloon staat. Dit wordt tegelijkertijd met de (halfjaarlijkse) aanpassingen van de minimumloonbedragen gepubliceerd. Zowel werkgevers als werknemers kunnen zo beter vaststellen welk bedrag minimaal betaald moet worden als er minder of meer wordt gewerkt dan de gebruikelijke arbeidsduur.
Minimumloon
Het aantal werknemers met een minimumloon is de afgelopen twee jaar ongeveer gelijk gebleven: 100.000 mensen in oktober 2006 (1,6 procent van het aantal werknemers) en 93.000 werknemers in 2004 (1,5 procent van de werknemers). Vooral jongeren, deeltijders en vrouwen met een lage opleiding en lage functie verdienen het minimumloon. De meeste minimumloners werken in de detailhandel en de horeca.