Een gewone thermometer zal de vraag ’Hoe warm is het op de werkplek?’ niet beantwoorden. Om dit te weten te komen heb je een vochtige globethermometer nodig. Dit apparaat houdt rekening met de temperatuur, de luchtvochtigheid en de luchtsnelheid (wind, tocht).

Deze factoren samen bepalen of een werkgever maatregelen moet nemen op de werkplek. Deze meting geeft dus geen gewone temperatuur aan, maar een waarde die het totale werkklimaat beschrijft: de zogenaamde WBGT-waarden (Wet Bulb Globe Temperature).

WBGT-waarden

Deze WBGT-waarden zijn ongeveer 5°C lager dan de temperatuur op een gewone thermometer. Hoe droger de lucht, hoe heter het kantoor moet zijn om de maximale WBGT-waarden te passeren. Zo is de drempelwaarde voor zeer lichte arbeid zoals kantoorwerk of handarbeid terwijl men zit) gesteld op 29 WBGT. De luchttemperatuur is dan 29°C en de luchtvochtigheid 100%.  Wanneer de luchtvochtigheid rond de 75% zit moet de luchttemperatuur rond 31°C zitten om tot 29 WBGT te komen. Vanaf 1 juli 2012 gelden er nieuwe maximumwaarden:

Soort werk	Max. WBGT-waarde
Licht of zeer licht werk	29
Halfzwaar werk	26
Zwaar werk	22
Zeer zwaar werk	18

Maatregelen bij overschrijding maximumwaarden

Wanneer deze maximumwaarden worden overschreven moet de werkgever- in overleg met een arbodienstverlener- zo snel mogelijk maatregelen nemen. Dit kan bijvoorbeeld door het aanpassen van werkroosters. Zomaar beslissen om thuis te werken mag dus niet.

Afwisseling in het werk	Licht werk*	Halfzwaar werk*	Zwaar werk*	Zeer zwaar werk*
45 min werk - 15 min rust	29.5	27	23	19
30 min werk - 30 min rust	30	28	24.5	21

* in WBGT-waarden

Meldlijn zomerhitte

Twee weken geleden heeft de vakbond FNV zelfs een Meldlijn Zomerhitte opgezet, waar werknemers kunnen klagen wanneer het te heet onder hun voeten wordt. Lees er hier meer over, met hier de eerste resultaten.