Van de deelnemende landen (Nederland, België, Duitsland, Groot-Brittannië, Spanje, Frankrijk, Zweden en VS) voelen Nederlandse werknemers zich het meest vitaal, Duitse werknemers het minst.

 

Vitaliteit zorgt voor productiviteit

Optimalisering van de vitaliteit van werknemers is zeer belangrijk. Vitale werknemers leveren immers een positieve bijdrage aan hun organisatie doordat ze productiever zijn, gemotiveerder, meer betrokken bij hun werk en meer open staan voor eventuele veranderingen. De prestaties van werknemers kunnen vooral verbeterd worden door de ervaren stress te verminderen en het energieniveau te verbeteren.

 

Socio-demografische gegevens die de vitaliteit beïnvloeden:

• Vrouwen, werknemers tussen 25 en 39 jaar, hoogopgeleide werknemers en werknemers die fulltime werkzaam zijn voelen zich aanzienlijk meer gestrest.
• Mannen, werknemers die jonger zijn dan 25 jaar, werknemers met een laag en middelhoog onderwijsniveau, fulltime werknemers en werknemers in commerciële en industriële sectoren ervaren een slechtere leefstijl.
• Werknemers die 21 jaar of langer werkzaam zijn binnen dezelfde organisatie, werknemers tussen 50-54 jaar, niet-leidinggevenden en laagopgeleide werknemers voelen zich minder energiek.

 

Betrokkenheid bij organisatie

Het is belangrijk dat werknemers zich betrokken voelen bij hun organisatie. Pas dan zijn zij bereid een ‘stapje extra’ te zetten. Werkgevers kunnen hun personeel niet dwingen tot extra inspanningen, dit moet uit vrije wil gebeuren. Dergelijk gedrag om ‘meer te willen presteren’ is van belang voor de uiteindelijke bedrijfsresultaten. Een hogere organisatiebetrokkenheid leidt ook tot een vermindering van het personeelsverloop.

 

Internationale verschillen:

• Nederlanders (94%), Belgen (93%) en Fransen (92%) vinden hun werk zinvol, terwijl Britten een stuk lager scoren (78%).
• Belgen (86%), Amerikanen (85%), Nederlanders (83%) en Fransen (80%) zijn het meest trots dat ze voor hun organisatie werken.
• Nederlanders en Belgen voelen zich het meest gemotiveerd (respectievelijk 91% en 86%). Bij de Spanjaarden en Britten is dit amper 70%.
• Belgen en Nederlanders zijn echte ambassadeurs en verdedigen hun organisatie met hart en ziel (respectievelijk 82% en 76%). In de andere landen is dit aanzienlijk minder met de slechtste score in het Verenigd Koninkrijk (60%).

 

Verschil in verloopintentie

Het Verenigd Koninkrijk en Spanje hebben het hoogste percentage werknemers die van plan is op korte termijn hun organisatie te verlaten (respectievelijk 17% en 20%). Belgen, Nederlanders en Zweden daarentegen zijn veel minder van plan om hun organisatie in de nabije toekomst te verlaten (respectievelijk 7%, 8% en 10%). 

 

Het onderzoek werd uitgevoerd door HR-organisatieadviesbureau Falke & Verbaan in opdracht van ZebraZone onder 3.017 werknemers uit 8 verschillende landen.