Jaarlijkse gezondheidscheck? Ja graag
Bijna driekwart van de beroepsbevolking ziet het als een eigen verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat je aan het werk blijft. Een ruime meerderheid van de werknemers staat positief tegenover een jaarlijkse gezondheidscheck, mits de resultaten ervan niet zichtbaar zijn voor andere collega’s en de werkgever.
Dit blijkt uit de Issuemonitor duurzame inzetbaarheid 2012 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Naast een jaarlijkse gezondheidscheck geven werkenden relatief vaak aan dat zij een kortingsregeling voor de sportschool ook zouden waarderen.
Sinds 2003 laat de Directie Communicatie van het ministerie van SZW de Issuemonitor uitvoeren. Doel van dit instrument is de beleving van burgers over SZW-thema’s en relevante beleidsprioriteiten te volgen in de tijd. De gegevens in dit onderzoek zijn gebaseerd op een representatieve enquête onder 669 werkzame personen van 18 jaar en ouder. De gegevensverzameling heeft plaatsgevonden tussen 3 en 29 mei 2012.
Meer onderzoeksresultaten
- Een op de tien werknemers zou geen jaarlijkse gezondheidscheck willen. Mannen (42 procent) en personen tussen 55 en 65 jaar (54 procent) staan er vaker voor open.
- 72 procent vindt dat het de eigen verantwoordelijkheid is om te zorgen dat je aan het werk blijft, 20 procent staat er neutraal tegenover en 8 procent is het er mee oneens. Van de leeftijdsgroep tussen 55 en 65 jaar vindt 57 procent het de eigen verantwoordelijkheid. Er zijn ook verschillen naar opleidingsniveau; van de hoger opgeleiden vindt 81 procent dat men zelf verantwoordelijk is. Onder lager en middelbaar opgeleiden zijn deze percentages lager (respectievelijk 62 en 67 procent).
- Om de kansen op de arbeidsmarkt te behouden en betaald werk te behouden is werkend Nederland bereid kennis en vaardigheden op peil te houden, bij te scholen en van baan te veranderen. Weinigen zijn bereid te verhuizen, een salarisachteruitgang te accepteren en ongezond gedrag te veranderen als dat nodig is om betaald werk te behouden. Hoogopgeleiden hebben er meer voor over om betaald werk te kunnen behouden dan laagopgeleiden.
- Van alle werkenden verwacht 18 procent niet tot aan de AOW-gerechtigde leeftijd werkzaam te blijven. Aan hen is gevraagd op welke manier zij dan tot deze leeftijd in het inkomen gaan voorzien. Vier op de tien leggen daar geld voor opzij, en ruim een derde heeft hiervoor al geld beschikbaar. Twee op de tien hebben er nog niet over nagedacht. Een klein deel denkt in het inkomen te gaan voorzien door een uitkering aan te vragen.
- 17 procent ervaart zijn beroep als lichamelijk zwaar, 35 procent als geestelijk zwaar en 17 procent als geestelijk én lichamelijk zwaar. Er vertonen zich sterke verschillen in opleidingsniveau. De helft van de lager opgeleiden ervaart het huidige werk als lichamelijk zwaar en 9 procent als geestelijk zwaar. Onder hoger opgeleiden is dit andersom: 3 procent ervaart hun werk als lichamelijk zwaar en 54 procent als geestelijk zwaar. Middelbaar opgeleiden zitten hiertussen in.
Tip
Meer onderzoeksresultaten vind u in de ‘Issuemonitor duurzame inzetbaarheid 2012’.