Geen verplichting tot uitvoeren passende arbeid bij arbeidsconflict
Een werknemer is voor bepaalde tijd – tot 10 augustus 2010 - in dienst getreden in de functie van zelfstandig werkend kok. Op 22 november 2009 meldt de werknemer zich ziek. Er is tevens sprake van een verstoorde arbeidsrelatie met als gevolg een toename van klachten en beperkingen.
Per 1 mei 2010 biedt de werkgever passend werk aan, maar de werknemer weigert dit te accepteren. De werkgever schort vervolgens het loon op. De werknemer spant een kort geding aan.
De bedrijfsarts stelt vast dat er naast een arbeidsconflict ook sprake is van een medisch objectief vast te stellen psychische ziekte. Alvorens een re-integratie traject te starten moet er eerst een oplossing komen voor het arbeidsconflict, vindt de arts. Hij geeft mediation in overweging. Na een gesprek met de werknemer besluit de werkgever om die weg niet te bewandelen.
Onterecht oordeel bedrijfsarts
De kantonrechter oordeelt dat het niet aan de bedrijfsarts is om de vraag te beantwoorden of de werknemer gehouden is passende arbeid te verrichten. Het is dan ook niet in strijd met het goed werkgeverschap dat de werkgever afziet van mediation. Wel lag het op zijn weg om vervolgens met de bedrijfsarts te overleggen of de werknemer passende arbeid kon verrichten.
De bedrijfsarts vindt namelijk dat - gegeven de psychische ziekte - het werken in een spanningsvolle omgeving is af te raden. Dat zorgt voor een toename van de bestaande klachten. Daarom is het verrichten van passende arbeid pas aan de orde na de oplossing van het conflict. De werkgever zal daarom tot doorbetaling van het salaris worden veroordeeld.
Kantonrechter Zwolle, 29 juni 2010, LJN: BM9430
Tip: Om zekerheid te verkrijgen over een tijdelijke beëindiging van de loondoorbetaling is overleg met de bedrijfsarts van belang.