Vooral managers kunnen extra inzet flexwerker vergroten (of in de weg zitten)
Om flexmedewerkers een stapje meer te laten zetten en voor langere tijd aan je te binden is de leidinggevende cruciaal zo blijkt uit het afstudeeronderzoek Strategisch HRM van Judith Anne van Delft.
Van Delft onderzocht voor KPN FlexConnect in hoeverre HRM ervoor kan zorgen dat flexmedewerkers zich volwaardig ‘KPN’er’ voelen, zich willen inzetten voor de organisatie en zich lange tijd aan de organisatie willen binden.
Relationele ruilrelatie
De belangrijkste bevindingen van het onderzoek laten zien dat flexmedewerkers wel degelijk affectief betrokken kunnen zijn bij de organisatie. Daarnaast blijkt in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht dat de flexwerkers ook graag een duurzame relatie aan willen gaan. Een relationele ruilrelatie is wenselijk aldus Van Delft.
Leiderschapsgedrag teamleider
Om de relationele betrokkenheid te vergroten is het van belang om te investeren in het managen van werk. Extra inzet van flexmedewerkers hangt juist het sterkst af van het ondersteunend leiderschapsgedrag van de teamleider. Tot slot wordt de vertrekintentie van flexmedewerkers enkel beïnvloed door het gedrag van de teamleider.
Gewenste arbeidsrelatie
De conclusie is dat niet het type contract, maar de gewenste arbeidsrelatie bepalend is voor de invulling van HR-beleid. In dit geval is dit het opbouwen van een informeel contract bestaande uit een sociale ruilrelatie.
Geen onderscheid maken
Een aanbeveling van Van Delft is om de het onderscheid tussen vaste- en flexmedewerkers nog sterker te beperken. En dan niet alleen wat betreft salaris maar zeker ook wat betreft symbolische waarden. Dus aan het eind van het jaar ook een kerstpakket om de gelijkheid te onderstrepen. Daarnaast is ook een continue dialoog tussen het topmanagement, teamleiders en medewerkers belangrijk. Door actief in te spelen op behoeften van flexmedewerkers, voelen zij zich serieus genomen en kan de kwaliteit van de arbeidsrelatie verbeterd worden.