Dit verschil komt onder meer doordat jonge vrouwen vaker een bijbaan in de horeca hebben. Bijna zeven op de tien jonge vrouwen hebben een baan met onregelmatige werktijden. Bij jonge mannen zijn dat er iets meer dan zes op de tien. Boven de 25 jaar heeft 55 procent van de vrouwen onregelmatige werktijden tegenover 59 procent van de mannen. Jongeren werken dus vaker onregelmatig dan ouderen.

 

Percentages

Als het gaat om onregelmatige werktijden is de horeca absolute koploper; negen op de tien werknemers in deze branche hebben een onregelmatige baan. Een ‘goede’ tweede plaats is voor de landbouw, waarin bijna acht op de tien mensen onregelmatig werken. In de gezondheidszorg en het onderwijs hebben zes op de tien mensen een onregelmatige baan. Het aandeel werknemers met onregelmatige werktijden schommelt al jaren rond de zestig procent.