Activiteit-gerelateerd werken, is het effectief?
Medewerkers die écht activiteit-gerelateerd werken, geven aan productiever te werken en bovendien trotser te zijn op hun werkomgeving dan degenen die dit niet doen. Cruciaal hierbij is dat medewerkers het juiste mobiliteitsgedrag aannemen en dus hun werkruimte kiezen op basis van hun activiteit.
Dit is de uitkomst van een wereldwijde studie van een jaar die Leesman in samenwerking met International Facility Management Association (IFMA) Zweden uitvoerde onder 70.000 respondenten op 675 kantoren.
Geen vaste werkplek
Bij activiteit-gerelateerd werken (AGW) hebben werknemers niet langer een vaste werkplek, maar zoeken zij een werkplek die aansluit bij de activiteit die zij op dat moment willen uitvoeren. Uit het onderzoek blijkt echter dat 73 procent van de werknemers alle of toch in ieder geval de meeste van zijn activiteiten nog steeds op een en dezelfde werkplek uitvoert. Dit terwijl ze in een werkomgeving werken die de benodigde variëteit aan werkplekken biedt. Slechts 27 procent van de medewerkers in een AGW-omgeving zegt daadwerkelijk activiteit-gerelateerd te werken.
Gedrag veranderen
Van deze laatste groep medewerkers stelt vervolgens 66 procent dat de werkomgeving hen in staat stelt productief te werken. Van de werknemers die alle taken op dezelfde werkplek uitvoeren, zegt slechts 43 procent daar productief te kunnen werken. De data suggereren dat als werknemers in een activiteit-gerelateerde werkomgeving hun gedrag niet veranderen en niet daadwerkelijk op een activiteit-gerichte wijze gaan werken, dit de productiviteitswinst die AGW organisaties zou moeten opleveren, kan belemmeren. Om AGW tot een succes te maken, is het dan ook cruciaal dat organisaties het belang van gedragsverandering op zijn juiste waarde schatten.