De eerste negentig dagen van het dienstverband zijn cruciaal in de vraag of een nieuwe medewerker gaat landen in de organisatie. Veel mensen die vanaf half maart aan een nieuwe baan zijn begonnen kennen hun collega’s alleen van het laptopscherm. Soms zijn ze zelfs nog nooit op hun nieuwe officiële werkplek geweest. Toch maakt de coronacrisis het afbreukrisico van de onboardingfase niet per definitie groter.

Dat zegt Ardiënne Verhoeven, auteur van het boek Onboarding. Het managen van verwachtingen. “Iedereen snapt dat het nu even behelpen is. Dat rondje door het bedrijf komt later wel. Je moet er pragmatisch mee omgaan. Werk dat directe aanwezigheid vraagt kan even worden uitgesteld, en haal andere projecten naar voren. Bijvoorbeeld de scholing van nieuwe medewerkers”, aldus Verhoeven.

Het is zelfs voorstelbaar dat thuiswerken sneller voor verbinding zorgt. Je ziet via Teams wat er aan de muur hangt, er loopt eens een kind voorbij of er springt een kat op schoot. “Je krijgt meer te zien van de privésituatie. Veel bedrijven komen met acties om bijvoorbeeld een foto te delen van je uitzicht of in de nieuwsbrief te vertellen wat je vanavond gaat eten. Vraag een nieuwkomer niet om daarin de eerste te zijn, liever een collega die er al langer werkt. Maar het zijn goede manieren om elkaar te leren kennen.”

Lastiger voor oudgedienden

Volgens Verhoeven hebben niet alleen de nieuwe medewerkers last van het gedwongen thuiswerken. “Voor de oudgedienden, die al jaren gewend zijn om op kantoor de dingen op een bepaalde manier te doen, kan het veel ingewikkelder zijn. Mensen die aan een nieuwe baan beginnen hebben al geaccepteerd dat ze een onzekere en hectische fase ingaan. Dan kan dat thuiswerken er ook nog wel bij. Als de coronacrisis voorbij is begint de onboarding in zekere zin opnieuw, en niet alleen voor de nieuwkomers. Het is ook voor de mensen die er al werkten een nieuwe situatie.”