In het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek zijn werkzame personen uit de Nederlandse beroepsbevolking gevraagd naar hun ervaring met discriminatie op de werkvloer. Volgens de respondenten vindt discriminatie vooral plaats op basis van leeftijd. Dit komt bijna vier keer zo vaak voor dan discriminatie op geslacht of etniciteit. Bijna een kwart (22 procent) van de ondervraagden heeft aangegeven dat in hun organisatie wel eens kandidaten worden afgewezen vanwege de leeftijd. Daarentegen denkt slechts 6 procent van de respondenten dat het afwijzen van kandidaten wel eens plaatsvindt vanwege geslacht of etniciteit.
De personen die hebben aangegeven leeftijdsdiscriminatie in hun organisatie te ervaren, is vervolgens gevraagd vanaf welke leeftijd dit het geval was. In de perceptie van de respondenten gebeurt dit vooral vanaf 36 jaar: 66 procent ziet leeftijdsdiscriminatie vooral bij kandidaten van 36 jaar en ouder. Een derde van de ondervraagden ziet leeftijdsdiscriminatie ook gebeuren bij personen jonger dan 36 jaar.
Arbeidspotentieel afgeschreven
Verder blijkt dat als leeftijdsdiscriminatie op de werkvloer voorkomt, dit voornamelijk het geval is bij het (niet) aannemen van kandidaten: 20 procent van de ondervraagden is het hiermee eens. Daarnaast is een gedeelte van de respondenten van mening dat leeftijdsdiscriminatie begint bij het uitnodigen van de sollicitanten (16 procent). Verder geeft 15 procent aan dat leeftijddiscriminatie plaatsvindt bij het belonen van werknemers, gevolgd door discriminatie bij promotie (doorgroeien) met 11 procent. Volgens Geert-Jan Waasdorp, directeur Intelligence Group, schrijven werkgevers die discrimineren op leeftijd in bepaalde beroepsgroepen soms wel 50 tot 70 procent van hun arbeidspotentieël af. Dit is een ‘luxe’ die niemand zich kan veroorloven in deze tijd. In de komende jaren wordt door de krapte van de arbeidsmarkt winst behaald met het aantrekken en behouden van ervaren werknemers en niet zo zeer met het aantrekken van starters.