De gemeente Rotterdam maakte een  verboden onderscheid door alleen voltijds werkende 60-plussers arbeidstijdverkorting te bieden. Dat besliste de Commissie Gelijke Behandeling.

Een vrouw werkte 32 uur per week voor de gemeente Rotterdam, ze maakte wekelijks vier dagen van acht uur. Op het moment van aanstelling, was ze 61 jaar oud. Als zij voor een voltijdaanstelling had gekozen, had ze op basis van haar leeftijd arbeidstijdverkorting kunnen krijgen. In dat geval zou zij iedere werkdag een uur minder werken, met behoud van haar salaris. Echter, de regeling geldt alleen voor ambtenaren die fulltime werken. De vrouw ziet deze regeling dus aan haar neus voorbij gaan.

 

Arbeidstijdverkorting naar rato

De Commissie Gelijke Behandeling (CGB Oordeelnummer: 2009-70) vindt dit onbillijk en meent dat de regeling onderscheid maakt tussen ambtenaren op grond van de omvang van hun aanstelling. Hoewel de regeling op zich een legitiem doel dient – het behouden van ouderen voor de arbeidsmarkt – is naar volgens de Commissie niet vast komen te staan dat het daarbij noodzakelijk is om deeltijders uit te sluiten. De gemeente zou als alternatief alle oudere ambtenaren arbeidstijdverkorting kunnen bieden naar rato van het aantal uren dat ze werken.