Dit blijkt uit de Monitor Talent naar de Top 2011, die is aangeboden aan minister Marja van Bijsterveldt, verantwoordelijk bewindspersoon voor het emancipatiebeleid, tijdens een debat bij VNO/NCW over de toekomst van monitoring. De Monitor wordt uitgebracht door het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en de Commissie Monitoring Talent naar de Top.
Charterondertekenaars
Het Charter is vanaf 2008 ondertekend door 203 Nederlandse bedrijven en organisaties met gezamenlijk ruim 700.000 werknemers. In de Monitor van 2011 wordt gerapporteerd over de groei van het aandeel topvrouwen bij de ondertekenaars uit 2008, 2009 en 2010, en over de situatie bij de nieuwe ondertekenaars uit 2011. Sinds de start van het Charter is er elk jaar sprake geweest van groei , in 2011 met 0,7 procentpunt. Ook is duidelijk te zien dat in sommige sectoren de Charterondertekenaars een groter aandeel vrouwen in de top hebben dan andere bedrijven uit diezelfde sector. In de sector ‘financiële instellingen en verzekeraars’ hebben de ondertekenende bedrijven een aandeel van 16 procent vrouwen in de top, tegenover 6 procent van de organisaties die het Charter niet hebben ondertekend.
Helft aandeel toegenomen
Iets meer dan de helft van de ondertekenaars uit 2008-2010 (55 procent) laat groei zien van het aandeel vrouwen in de top, bij 13 procent blijft het gelijk en bijna een derde laat een daling zien. Het ziet er niet naar uit dat de doelstelling van gemiddeld 22,1 procent aandeel vrouwen in de top in 2013 gehaald wordt.
Subtop
Voor meer diversiteit in de top is een voldoende aantal vrouwen in de gehele organisatie, en met name in de subtop, essentieel aldus de commissie. Het aandeel vrouwen in de subtop is 25 procent en in de organisaties als geheel 40 procent. In 2011 stroomden relatief meer vrouwen in dan uit de top en de organisaties als geheel.
Nieuwe Charterondertekenaars
De Charterondertekenaars van 2011 laten in de Monitor Talent naar de Top 2011 hun uitgangspositie zien. Met 30 procent vrouwen in de top blijkt deze hoger te zijn dan bij de Charterondertekenaars van 2008-2010. De ambitie van de nieuwkomers is om binnen 3 tot 5 jaar een aandeel van gemiddeld 33 procent vrouwen in de top te bereiken. Zij hebben met 38 procent nu al een aanzienlijk aandeel vrouwen in de subtop.
Sectorvergelijking
De meeste vrouwen in de top zijn te vinden in de sectoren werkgevers- en werknemersorganisaties (39 procent), handel en horeca (38 procent) en gezondheids- en welzijnszorg (28 procent). Het laagste aandeel vrouwen in de top zit in de sectoren industrie/energie/bouw (10 procent), de consultancy op het gebied van ict/bouw/infrastructuur (11 procent) en de technologie en telecom (14 procent).