'Streefcijferwet geflopt. Voer afdwingbare quota in’
De streefcijferwet, ingevoerd in 2015, moest zorgen voor minstens 30 procent vrouwen als bestuurders en commissarissen in grote bedrijven in 2020. Na vijf jaar moeten we concluderen dat de wet is geflopt aldus Linda Senden, hoogleraar Europees recht aan de Universiteit van Utrecht en Mirella Visser, strategisch adviseur Nederlandse VrouwenRaad. Zij pleiten in de volkskrant dan ook voor stevigere maatregelen.
De 5.000 grootste bedrijven tellen anno 2019 18 procent vrouwen in de rvc’s. In de rvb’s van deze bedrijven is dat 15 procent. In de rvc’s van beursgenoteerde bedrijven is 25 procent vrouw. In de besturen is dat 6 procent. Vijf bedrijven voldoen aan het streefcijfer in beide raden. En minder dan 10 procent voldoet aan de wettelijke rapportageverplichting.
Quotumwet
Men wilde niet aan een harde quotumwet omdat men vreesde dat er onvoldoende gekwalificeerde vrouwen waren. Dat argument lijkt volgens Senden en Visser achterhaald. Zij halen onderzoek in Noorwegen aan dat in 2003 wettelijke quota invoerde. Daaruit blijkt dat vrouwen die na die tijd benoemd werden beter waren gekwalificeerd dan hun voorgangers.
En in landen waar wél wettelijke en afdwingbare quota zijn ingevoerd, zoals Frankrijk en Italië, bestaan de rvc’s inmiddels uit respectievelijk 48 procent en 43 procent vrouwen.
Sancties
Dat veel bedrijven niet eens aan deze rapportageverplichting voldoen, duidt erop dat ze het probleem niet serieus nemen aldus Senden en Visser in de Volkskrant. Er zullen dus betere handhavingsmechanismen moeten komen. Als voorbeeld halen ze IJsland aan dat in 2018 een certificerings- en auditverplichting heeft ingevoerd op basis van de ‘Standaard Gelijke Beloning’. Wat inhoudt dat bedrijven hun beloningsbeleid, functiewaarderings- en beloningssystemen zo moeten inrichten dat deze niet discriminerend zijn. Doen ze dat niet, dan volgen sancties.
