De automatisering bij grote bedrijven neemt ondanks de krapte op de arbeidsmarkt nauwelijks toe. Dat komt naar voren uit een nieuw rapport van het World Economic Forum (WEF), waarvoor onderzoek is gedaan bij meer dan achthonderd ondernemingen in 45 landen. De ondervraagde bedrijven hebben inmiddels 34 procent van hun taken geautomatiseerd. Dat is slechts 1 procent meer dan in 2020.

“Dit percentage blijft ruim achter bij de 42 procent die werkgevers in 2018, toen het percentage automatisering nog lag op 29 procent, verwachtten te zien in 2022”, zegt Henk Volberda. Hij is hoogleraar Strategisch Management en Innovatie aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) en al jaren betrokken bij WEF-onderzoeken. Volgens Volberda hebben de bedrijven hun verwachtingen inmiddels wat getemperd als het gaat om het vervangen van menselijke arbeid door machines of computers. Nu denkt men pas vijf jaar later op 42 procent automatisering uit te komen.

‘Grofweg zes op de tien medewerkers heeft straks extra opleiding en training nodig’

“Het gaat hier om een algemeen percentage”, benadrukt de hoogleraar. “De verwachting van de ondervraagde bedrijven is dat automatisering in de komende vijf jaar de grootste vlucht zal nemen op het gebied van administratie, informatie- en dataverwerking en het vinden, ontvangen, identificeren en evalueren van werkrelevante informatie.” Ongeveer driekwart van de bedrijven is ook bezig met de toepassing van nieuwe technologieën rond de cloud en kunstmatige intelligentie (AI). Met echte robotachtige technologie zijn naar verhouding minder bedrijven in de weer.

Meer dan de helft van de ondernemingen denkt dat alle voortschrijdende technologische ontwikkeling juist voor meer werkgelegenheid zal zorgen, in plaats van dat er banen verdwijnen. Werkgevers schatten over het algemeen wel in dat ruim vier op de tien vaardigheden van medewerkers in 2027 niet meer toereikend zullen zijn. Dat betekent dat grofweg zes op de tien medewerkers straks extra opleiding en training nodig heeft.