Volgens Koops kent de arbeidsmarkt drie smaken: werknemer, uitzendkracht en zzp’er. “Bij het eerste contract prijzen we alle risico’s in, bij het tweede doen we dat deels en bij de zzp’er helemaal niet. Het bedrijf kan kiezen welk contract het aangaat met de werkende en kiest dan vaak voor de goedkoopste optie.”
Koops vindt dat het huidige kabinet onvoldoende doet om ongewenste effecten op de arbeidsmarkt tegen te gaan. “Als je nu de Wab invoert en de markt weet dat er minstens twee jaar lang nog geen wet- en regelgeving is rond zzp’ers, ja dan… Kende je twee jaar geleden Temper en Deliveroo goed? Ik geloof niet in een samenleving waarin de horecamedewerker, de garderobemedewerker, de beveiliger, de toiletjuffrouw allemaal zelfstandig ondernemers zijn. Als dat zo is, zijn ze dat bij gelegenheid van het systeem. Dat is ondermijnend.”
Goedkoop, goedkoper, goedkoopst
Daarnaast steekt hij de hand in eigen boezem op het vlak van de beloning van uitzendkrachten. “Wij moeten als branche niet voortdurend naar het putje willen bewegen. De opdrachtgever vraagt of het nog flexibeler kan, nóg goedkoper en de uitzender draait. Stap daarvan af. Zeg als branche: wij doen niet meer mee aan die voortdurende run op goedkoop, goedkoper, goedkoopst. Uitzendbedrijven moeten de waarde van werk belangrijker maken dan de prijs. Algoritmen zullen voor een groot deel de functie van matching overnemen. Investeer in je mensen, in hun ontwikkeling en opleiding, dan voeg je waarde toe.”