‘Managers moeten elke dag werken aan hun eigen overbodigheid’

Verheggen was zelf twintig jaar manager. Maar het ging steeds meer aan hem knagen: wat is eigenlijk mijn toegevoegde waarde? Ondertussen zag hij om zich heen steeds meer organisaties die zich bekeerden tot verschillende vormen van zelfsturing, waarbij de rol van de manager langzaam oplost. Als een bruistablet in een glas water. 

Sociale innovatie

Tijdens een project gericht op sociale innovatie vielen hem de schellen van de ogen: het ging met zijn medewerkers beter naarmate hij zich minder met hen bemoeide. Hun bevlogenheid en wendbaarheid werden niet aangewakkerd door hun manager Verheggen, integendeel.

Van bewaker naar initiator

Met de verwondering groeide zijn inzicht: om meer betekenis te krijgen moeten managers elke dag werken aan hun eigen overbodigheid. Dat betekent niet dat ze werkloos worden. Ze moeten juist een grote rol spelen in de transitie naar nieuwe, effectievere vormen van organiseren. Zich omvormen van bewaker van de traditionele organisatie tot mede-initiator van de nieuwe organisatie.

Andere rol, meer voldoening

Don Griffioen heeft het in de praktijk meegemaakt en dat is hem goed bevallen. Hij was manager bij Effectory waar ze werken met zelfsturende teams en het managementteam hebben opgeheven. Griffioen: “Mijn huidige rollen sluiten veel beter aan op mijn talenten dan dat bij mijn managersfunctie ooit het geval was. Het werk geeft mij simpelweg nog meer voldoening.”