De SER stelt jaarlijks de richtbedragen vast op voordracht van de Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM). Deze richtbedragen geven een indicatie van wat onder normale omstandigheden redelijke kosten per dagdeel zijn voor scholing en vorming van voldoende kwaliteit. Het is dus geen wettelijke norm, maar een richtlijn, bedoeld om houvast te geven aan ondernemer en OR over te volgen scholing en de bijbehorende kosten. De richtbedragen worden berekend op basis van de tarieven die in de praktijk worden gehanteerd door opleidingsinstituten met een SCOOR-RMZO certificaat.
Recht op scholing
OR-leden hebben een wettelijk recht op scholing. De werkgever is verplicht de leden van de OR gedurende een minimum aantal dagen per jaar, in werktijd en met behoud van loon, de gelegenheid te bieden de scholing te volgen die zij voor hun taak als OR-lid nodig oordelen. Het aantal dagen wordt door de ondernemer en OR in gezamenlijk overleg vastgesteld. De ondernemer is verplicht de kosten die redelijkerwijze noodzakelijk zijn voor de scholing van OR-leden te betalen.
All-in tarief
De richtbedragen zijn all-in, wat betekent dat alle kosten worden meegenomen: het tarief van de trainers, docenten en medewerkers, de kosten van voorbereiding, uitvoering en nazorg van de cursus, eventuele reiskosten en de kosten voor de overhead en cursusmaterialen. De richtbedragen zijn exclusief BTW.
Kosten accommodatie
De SER geeft geen richtbedrag voor de kosten van de accommodatie voor maatwerkcursussen voor de hele OR, omdat deze kosten sterk uiteen kunnen lopen. Ze zijn afhankelijk van de te kiezen locatie. In het all-in tarief voor een open inschrijvingscursus zijn wel de gemiddelde accommodatiekosten opgenomen.