De Luizenmoeder speelt zich af in de herkenbare context van een Nederlandse basisschool. Een microkosmos met eigen schoolpleinregels, zwaai-afspraken, tienminutengesprekken, verantwoorde verjaardagstraktaties en luizenmoeders. Als een rode draad door de afleveringen lopen allerlei bijzondere afspraken, regels en protocollen vanuit school en ouders die daar tot hun frustratie tegenaan lopen. Nu begrijpen we allemaal dat regels nodig zijn om de ‘orde’ te kunnen handhaven in een beschermde schoolomgeving. Maar je kunt ook doorslaan door alles met regeltjes dicht te willen timmeren. En het valt niet te ontkennen dat we hier in HR ook een handje van hebben…
De HR-reflex: tools en instrumenten
De laatste tijd zijn er wel een aantal traditionele HR-bolwerken afgebroken, zoals de jaarlijkse HR-cyclus van functioneren en beoordelen. Dit was in veel organisaties verworden tot een papieren tijger, een verplicht nummer waar medewerker en leidinggevende iedere keer weer als een huis tegenop zagen. Momenteel experimenteren veel organisaties met een proces van continue feedback. Ook het functiehuis staat in toenemende mate onder druk ten faveure van een taakverdeling op basis van rollen. Tegelijkertijd zijn door self service van medewerkers en digitalisering veel administratieve HR-taken geautomatiseerd. Toch heeft dit zijn beperkingen. Tijdens events en seminars bespeur ik regelmatig een typische HR-reflex. Welke tools kan ik inzetten voor de medewerkers? Zijn hier instrumenten voor beschikbaar? Kan ik een stappenplan volgen? Allemaal valide vragen die u verder kunnen helpen in uw werk, maar soms raakt dit niet de kern.
‘Heb ’t er echt over’
Waarom niet vaker gewoon het gesprek aangaan met de medewerker als er iets schort? Of managers aanspreken op hun gedrag? Hiermee bedoel ik dat niet alles met regels en protocollen is ‘weg te managen’. Het werkt zelfs vaak averechts en kan leiden tot recalcitrant gedrag – zie De Luizenmoeder. Een mooi voorbeeld van hoe het ook kan, is Eneco. Daar zijn de laatste jaren zoveel mogelijk methodieken en systemen op het terrein van performance overboord gezet en is de focus weer gelegd op continue dialoog over prestaties, gedrag en ontwikkeling. Er is daarbij ook veel tijd en aandacht gegaan naar communicatie en activatie onder de vlag van ‘Heb ’t er echt over‘.
Een mooie aanleiding om eens wat vaker het gesprek met elkaar aan te gaan en te voorkomen dat we ons gaan verschuilen achter regels. U wilt toch zeker niet geassocieerd worden met de praktijken uit De Luizenmoeder?