De gedachte dat macht hebben en naar nog meer macht verlangen een onlosmakelijke combinatie vormt overheerst in de psychologie. Een theorie die ook wordt ondersteund door experimenten. Twijfelachtige volgens Joris Lammers, sociaal psycholoog aan de Universiteit van Tilburg. Om die reden besloten hij en enkele collega’s om samen met Intermediair naar eigen zeggen ‘echt empirisch’ onderzoek te doen.
Hoe hoger, hoe lager machtsverlangen
Macht werkt niet verslavend is de conclusie die de onderzoekers trekken uit duizend ingevulde vragenlijsten. “Het machtsverlangen van niet-leidinggevenden, en mensen in het lagere en in het middelmanagement blijkt vrijwel even hoog,” zegt Lammers. Maar dan het totaal onverwachte: de leidinggevenden aan de absolute top, de CEO’s en RvB-leden, blijken een beduidend lager machtsverlangen te hebben. Macht interesseert hen minder dan anderen, ze dromen er ’s nachts ook nauwelijks van.”
Autonomie
Een andere opvallende conclusie uit het onderzoek is dat macht een middel is tot vrijheid en niet een manier om de zelfwaardering op te krikken. Topmanagers zijn niet machtsverslaafd, maar streven gewoon net als iedereen naar autonomie. En is die autonomie eenmaal bereikt dan houdt het streven naar macht op. Lammers: “Machtsverlangen werkt net zoals veel andere verlangens zoals bijvoorbeeld naar chocola. Is het verlangen gestild, dan wordt het minder.”