Om de grote uitdagingen van organisaties effectief te helpen aangaan, moet elke HR-professional zich als een goede interne adviseur opstellen. Maar de invloed van HR-professionals reikt vaak niet ver genoeg. Hoe zorg je dat je die vicieuze cirkel van non-influence doorbreekt? HR-strateeg Jan Tjerk Boonstra: ‘Richt je op wat je wilt, kunt en mag doen. Ook als je begint met kleine stappen, kun je terrein winnen’

Met het boek ‘De zeven eigenschappen van effectieve mensen’ heeft HR-adviseur Jan Tjerk Boonstra (Human Capital Group) niet zo veel. Te Amerikaans, te oppervlakkig, te bij elkaar geharkt. Maar het idee dat je als professional meer invloed zou kunnen uitoefenen spreekt hem aan.

‘Op afstand anderen kunnen ‘empoweren’. Daar moet onze kracht zitten’

Het is precies wat hij betoogt tijdens workshops en adviessessies met HR-professionals, en het is ook een belangrijke invalshoek in zijn presentatie op de komende HR Day – The Circle of Influence omdat we aan de vooravond staan van ingrijpende wijzigingen in werken en organiseren. Dus een belangwekkend onderwerp, wat hem betreft.

Want: “De meeste HR-professionals hebben zeer beperkte invloed.” Of het nu gaat om de directe omgang met anderen – als leidinggevende, als directe collega of als persoonlijke adviseur – of als strategisch partner binnen de organisatie: de stem van HR klinkt te weinig door.

Doodzonde, wat hem betreft, dat HR zo in de uitvoerende hoek van het speelveld van ontwikkelingen blijft hangen. De organisatie loopt daardoor belangrijke bijdragen die HR kan leveren mis.  En de HR-functionarissen zelf voelen zich vaak ook niet gehoord. “Ik kom teveel collega’s tegen die daardoor weinig voldoening halen uit hun werk.”

(Zelf)analyse gewenst

Dat HR vaak zo’n beperkte invloed heeft, ligt dus mede aan de HR-functionarissen zelf. “Onze beroepsgroep bestaat in het algemeen uit aardige mensen die hulpvaardig en dienstverlenend zijn ingesteld.” Een extra handicap is dat de (operationeel werkende) HR-professional ook vaak niet goed weet hoe hij werkelijk grote waarde kan toevoegen.

Hoe zou het dan moeten? In de eerste plaats zouden HR-professionals wat Boonstra betreft meer goede analyses van kernvraagstukken binnen de organisatie moeten maken en beter kijken naar de doelen en de haalbaarheid van resultaten. Meer zelfanalyse is ook welkom. “De grote ontwikkelingen vragen om veel meer en beter kritisch nadenken over eigen rol, positie en de noodzakelijke bijdrage van HR aan de organisatiedoelstellingen.”

‘Probeer de vraag achter de vraag te achterhalen en te beantwoorden’

De HR-professional die meer impact wil hebben, moet zich sterker als onafhankelijk adviseur opstellen. “In die rol moet je meer stilstaan waarom iemand iets vraagt, en hoe ze die persoon kunnen helpen of leren om het zelf te doen. De ‘vraag achter de vraag’ kunt beantwoorden, kortom, en iemands ‘pijn’ wegnemen. Dan heb je meer impact aangezien je anderen op afstand kunt ‘empoweren’. Want daar moet onze kracht en positie in de toekomst zitten. Anderen sterker maken: daarmee positioneren we onszelf als discipline en onderscheiden wij onszelf als professionals.” Met als bijkomend voordeel dat je dan ook kunt tegengaan dat je zelf overbodig werk verricht of overbelast raakt.

Empowerment van de organisatie

Denken vanuit invloed en vergroten van je waarde aan de organisatie, betekent niet alleen dat HR anderen moet empoweren en in staat stellen om zelf beslissingen te nemen en problemen op te lossen.  Het betekent ook loskomen van de stafpositie die HR veelal heeft en werkelijk ‘zij aan zij’ met leidinggevenden en medewerkers aan de slag gaan met vraagstukken die effectief functioneren van de organisatie belemmeren.

Lastig is dat wel, want de organisatiecultuur is daar niet altijd naar, en niet iedereen verwelkomt HR als een ‘business partner’. Een kip-ei probleem, kortom, waaraan zowel de HR-professionals als andere betrokkenen (leden van de raad van bestuur, het lijnmanagement voorop) debet zijn.

‘Je kunt je adviesvaardigheden verder ontwikkelen door bijvoorbeeld leercirkels of kwaliteitskringen te starten’

Boonstra raadt de HR-professional aan om – toch weer geheel in de geest van Covey – vooral te kijken waar ze zelf wat aan kunnen doen. Om die vicieuze cirkel van non-influence te doorbreken, zou je kunnen zeggen.

Hij raadt HR-professionals vooral aan om hun adviesvaardigheden verder te ontwikkelen, desnoods met anderen, door leercirkels of kwaliteitskringen te starten. En dringt erop aan dat ze zich assertiever op te stellen – “Zeg eens ‘nee’ tegen iemand die wil dat je een lijstje opstelt, zeg eens ‘daar heb ik geen zin in’, ‘daar ben ik niet voor’ of ‘doe het zelf’.” 

En, tot slot, grijp de kansen die worden geboden om meer waarde toe te voegen, hoe gering die ook zijn. “Richt je op wat je wilt, kunt en mag doen. Ook als je begint met kleine stappen, kun je terrein winnen en dat is noodzakelijk voor het succes én het geluk van mensen en organisaties.”