Sinds econoom, socioloog en Nobelprijswinnaar Gary Becker in de jaren zestig de human capital-theorie introduceerde, heeft het denken over waarde-creatie door investeren in menselijk kapitaal een vlucht genomen. Vanaf de jaren negentig domineerde Dave Ulrich het denken over HR en waarde-creatie. Hij verlichtte de HR-wereld met een visie en aanpak om human capital meer strategisch in te zetten. Na zo’n twintig jaar kunnen we constateren dat de verwachtingen vaak maar ten dele zijn waargemaakt.

De operationele P&O-uitvoering scoort in de regel voldoende tot goed, maar als strategisch partner komt P&O nog altijd minder uit de verf. In een recente studie naar wat al die jaren van Ulrich ons heeft opgeleverd, zegt 95 procent van de organisaties dat operationeel P&O ‘goed’ tot ‘acceptabel’ is, maar dat de succesratio van HR-businesspartners ongeveer fifty-fifty is. Dit geldt ook voor de rol van de lijnmanager in het HRM-proces. Tel daarbij op dat de onderlinge samenwerking tussen experts, adviseurs en administratie lang niet altijd vlekkeloos verloopt. Wat is er toch aan de hand?

In de huidige HRM-benadering binnen organisaties wordt in mijn ogen te sterk geleund op een routineus, systemische benadering gericht op efficiency en beheersbaarheid; veel regels, instrumenten en protocollen. Daarmee is personeelsmanagement verworden tot rituele dans, waarbij HR nog te vaak gezien wordt als een cost-center. Want als het er op aan komt, wordt teruggegrepen naar de snelste en gemakkelijkste manier om bij te dragen aan waarde-creatie: bezuinigen, uniformeren, centraliseren, automatiseren en uitbesteden. Deze ontwikkeling heeft bezien vanuit de bedrijfsvoering de nodige voordelen opgeleverd.  Hier wringt juist de schoen.

De uitdagende omstandigheden waarin (kennis gedreven) organisaties zich bevinden, nopen tot nieuwe inzichten en noodzaken in het denken over én benutten van human capital. Steeds meer mensen verwachten hierin een doorbraak. We weten immers uit onderzoeken van BCG en Great Place to Work dat meer mensgerichte organisaties betere financiële resultaten behalen dan gemiddeld. En het World Economic Forum stelde onlangs dat ’talent, en niet (financieel) kapitaal, de sleutel is tot het verbinden van innovatie, concurrentievermogen en groei.’ Er breekt een tijd aan waarin juist meer geïnvesteerd zou moeten worden in het vergroten van opbrengsten van menselijk kapitaal (HR als profit-center). Hiermee wordt de deur geopend naar de dringend gewenste ruimte voor zaken als vakmanschap, verbinding, veerkracht, verandervermogen en vitaliteit. Aan HRM de belangrijke taak om zich naar de toekomst toe veel meer te richten op het creëren van een beweeglijke, lerende, innovatieve organisatie, die tegelijkertijd streeft naar doelmatigheid en duurzaam succes. Dit zal leiden tot overtuigende prestaties, die zowel de organisatie als haar medewerkers ten goede komen. Weg met de rituele dans, tijd voor een stevige tango!