“De sociale zekerheid moet flexibeler worden, en HRM-managers moeten over de grenzen van hun eigen bedrijf of organisatie heen gaan kijken.” Dat zegt Ton Korver bij zijn afscheid als lector HRM aan De Haagse Hogeschool.

“De huidige sociale regelingen, bijvoorbeeld rond WW, pensioenopbouw en arbeidsongeschiktheid, binden werknemers aan één bepaalde werkgever”, vindt Korver. Houdt de baan bij die werkgever op, dan stoppen ook veel regelingen – direct of op middellange termijn. “Daardoor blijven veel werknemers, en zeker de ouderen en lager opgeleiden, bij hun werkgever zitten. Het remt de mobiliteit. Terwijl die werkgever, in de huidige economie, ook steeds minder garantie op een vaste baan kan blijven geven.”

Opleiding

Werknemers zouden zelf veel meer zeggenschap moeten krijgen over de sociale regelingen, zegt Korver in het boek ‘Onbegrensd werken; arbeid en HRM in de 21e eeuw’, dat hij ter gelegenheid van zijn afscheid schreef met hogeschoolhoofddocente Karin Potting. “Werknemers moeten bijvoorbeeld een opleiding kunnen gaan volgen, tussen twee banen door, zonder dat ze meteen allerlei opgebouwde rechten kwijt raken.”

Arbeidsmobiliteit

En zoiets is niet alleen gunstig voor de werknemers zelf. “Bedrijven klagen steen en been over hoeveel moeite het kost om mensen te ontslaan, en over de hoge ontslagvergoedingen. Meer flexibiliteit in de sociale zekerheid verhoogt de arbeidsmobiliteit, en dat vinden werkgevers ook prettig.”
Dat betekent overigens niet dat Korver een voorstander is van de herziening van het ontslagrecht zoals die nu vorm lijkt te krijgen. “In die herziening worden allerlei regelingen alleen maar minder en schraler. Dat maakt dat mensen nog sterker willen blijven zitten waar ze zitten. En dat belemmert de flexibiliteit alleen nog maar meer.”

Personeel uitwisselen

Tijdens zijn lectorschap boog Korver zich ook over personeelsproblemen op de regionale arbeidsmarkt. De leden van zijn kenniskring (elke lector heeft een kring van hogeschooldocenten om zich heen, die onderzoek doen, RV) bogen zich over personeelsproblemen in twee sectoren: bij organisaties voor watermanagement en in de Westlandse tuinbouw. “Bij het watermanagement is een tekort aan wat ik ‘bètawetenschappers met een alpha-kantje’ noem: harde wetenschappers die hun bevindingen goed kunnen presenteren aan een groter publiek.” En in het Westland is de arbeidsmarkt in beweging omdat steeds meer laagopgeleid werk wordt uitgevoerd door tijdelijke werknemers uit Polen en Roemenië.

In beide gevallen zouden de betrokken bedrijven – en vooral HRM-afdelingen – meer over de grenzen van de eigen organisatie heen moeten kijken, is de conclusie van Korver. “Er kan veel meer personeel worden gedeeld en uitgewisseld. De vaardigheden van een bediende bij de slager lijken heel erg op de vaardigheden van een bediende bij de bakker. Als je de schotten tussen organisaties weg kunt halen, heb je meteen een veel flexibeler arbeidsmarkt.”

Concurrenten

Dat is allemaal wel makkelijker gezegd dan gedaan, merkt Korver. “Als ik ergens een praatje houd, is iedereen het met me eens: regionalisering van de arbeidsmarkt heeft de toekomst. Maar niemand wil de eerste stap zetten om de handen ineen te slaan met concurrenten. HRM moet zich echt meer naar buiten richten: de grens van HRM is niet de eigen organisatie: die grens is de regio.”