In het onderzoek van PwC staat dat Het Nieuwe Werken de Nederlandse samenleving in 2015 jaarlijks bijna 2 miljard euro aan baten oplevert. Aanname is dat tegen die tijd 20 procent van de beroepsbevolking één dag per week thuis werkt. In het PwC-rapport zijn vooral kwantificeerbare effecten van dat thuiswerken meegenomen: de effecten die zijn uit te drukken in harde cijfers. Zo is de reistijd die afneemt door Het Nieuwe Werken omgezet in tijd die je kunt gebruiken voor werk en privéleven. Opbrengst voor de samenleving: 1 miljard euro. Andere effecten door minder woon-werkverkeer: afname van emissies, minder geluidsoverlast en minder ongelukken (in totaal ruim 100 miljoen euro) en een grotere toegang tot de arbeidsmarkt voor bijvoorbeeld gehandicapten die thuis kunnen werken (164 miljoen euro).
Productiviteitsgroei
Een ander effect dat PwC in de rekensom meeneemt is verhoging van de arbeidsproductiviteit door Het Nieuwe Werken: 648 miljoen euro. De onderzoekers baseren zich hierbij op een productiviteitsgroei van 2 procent en schrijven: “In de literatuur en in onze interviews met Nederlandse organisaties worden verschillende (hogere) schattingen gedaan (…) Aangezien wij de effecten van Het Nieuwe Werken niet willen overschatten rekenen we met een gemiddelde productiviteitswinst van 2 procent.” Als bronnen voor die hogere schattingen noemt PwC een onderzoek van Microsoft waaruit een productiviteitswinst van 5,8 procent zou blijken en een onderzoek onder het MKB waarin een winst van 18 procent wordt genoemd.
Beperkte reikwijdte
Reactie Next.checkt: “In het PwC-rapport staat – terecht – dat het onderzoek een beperkte reikwijdte heeft. Het onderzoek kijkt alleen naar de baten van Het Nieuwe Werken, niet naar de lasten. Daarnaast zijn alleen de effecten van thuiswerken meegenomen, terwijl onder Het Nieuwe Werken veel meer valt dan alleen thuiswerken. Het gaat ook over een andere werkcultuur en een andere inrichting van kantoren.”
Flexplekken
“De effecten daarvan, zeggen de PwC-onderzoekers, zijn moeilijk te meten en daarom niet meegenomen. Maar het zijn juist deze effecten van Het Nieuwe Werken waarover veel twijfel bestaat. Zo blijken lang niet alle werknemers gebaat bij een open kantooromgeving met flexplekken. Het leidt bij sommige – met name introvertere – werknemers tot concentratieverlies en dus minder productiviteit,” zegt Theo van der Voordt, onderzoeker aan het Center for People and Buildings van de TU Delft. Hij baseert zijn bevindingen op tientallen casestudies naar Het Nieuwe Werken bij bedrijven. En ook thuiswerken heeft nadelen: verminderde sociale cohesie op de werkvloer en vervagende grenzen tussen werk en privé, wat kan leiden tot burn-outs, een flinke kostenpost. De totale kosten hiervan zijn echter moeilijk te kwantificeren.
Aannames
“Van de effecten die PwC wel meeneemt in zijn berekening zijn de meeste behoorlijk onderbouwd. In het rapport staat bijvoorbeeld helder en genuanceerd uitgelegd waarom minder woon-werkverkeer als gevolg van een dag thuiswerken 1 miljard euro kan opleveren. Maar bij de aannames over de verwachte productiviteitsgroei zijn wel grote vraagtekens te plaatsen. De baten daarvan zouden in 2015 door Het Nieuwe Werken 648 miljoen euro bedragen. Flexibele en effectieve tijdsbesteding, minder onderbrekingen, minder verzuim en meer bewegen zouden tot een groei van 2 procent productiviteit kunnen leiden.”
Voorzichtig percentage
“Het percentage van 2 procent baseert PwC op een conservatieve schatting en niet op bestaand, gefundeerd onderzoek – dat is er ook niet. Het is een ‘voorzichtig’ percentage, zegt PwC, want andere onderzoeken tonen veel hogere schattingen. De vraag is echter hoe betrouwbaar die andere onderzoeken zijn. Het ene onderzoek dat PwC aanhaalt, is een casestudie van slechts één bedrijf, Microsoft. Het andere onderzoek is gedaan onder het MKB en zou zelfs een productiviteitswinst van 18 procent aantonen. Dat onderzoek, uit 2010, is grotendeels gebaseerd op enquêtevragen aan managers over ‘slimmer werken´, een hele brede definitie van Het Nieuwe Weken. En waar het onderzoek wel over harde cijfers gaat, toont het geen causaal verband. Goed mogelijk is dat succesvolle bedrijven, waarvan de productiviteit bijvoorbeeld met 18 procent groeit, eerder Het Nieuwe Werken invoeren dan minder florerende bedrijven.”