Met het rapportcijfer 5,9 geven ambtenaren hun management ternauwernood een voldoende. Het management van de overheid moet meer visie tonen en moet de medewerkers meer motiveren en inspireren. Maar er zijn ook positieve geluiden. Ambtenaren waarderen de persoonlijke interesse van hun direct leidinggevende. Dit blijkt uit onderzoek van de website InOverheid.nl.

Welke kwaliteiten zoekt een ambtenaar in het management van overheidsorganisaties? Het belangrijkst is het hebben van een duidelijke visie; 38 procent van de ondervraagde ambtenaren vindt dat het management deze eigenschap moet bezitten. Op de tweede plaats, met 19 procent, komt het bepalen van duidelijke doelen. Ten derde: het stellen van de juiste prioriteiten (15 procent).

 

Ongewenste kwaliteiten

Uit het onderzoek blijkt echter dat ambtenaren de gewenste kwaliteiten niet terugvinden bij het management. 65 procent van de ondervraagden vindt dat hun leidinggevenden de verkeerde prioriteiten stellen, 60 procent vindt dat het management geen duidelijke visie heeft en 59 procent mist duidelijke doelen in de organisatie.

 

De kwaliteiten die het management wel bezit, vinden ambtenaren juist minder relevant. Zo vindt 66 procent van de ondervraagden dat overheidsmanagers veranderingsgericht zijn, maar noemt slechts 3 procent deze eigenschap een noodzakelijke kwaliteit. Daarnaast geeft 71 procent van de ondervraagden aan dat het management goed kan delegeren, maar slechts 1 procent vindt dit een gewenste eigenschap.

 

Ongemotiveerde werknemers

Ambtenaren vinden het vermogen om te inspireren van belang: ‘Een organisatie zonder gemotiveerde werknemers zal niet tot de gewenste resultaten komen’, aldus één van de respondenten. Opvallend is dat maar liefst 67 procent van de ondervraagden vindt dat het management hen niet inspireert of motiveert.

 

De ontevredenheid onder ambtenaren over het management komt dan ook terug in de eindbeoordeling. De ondervraagden geven het hogere management gemiddeld een 5,9 als rapportcijfer. Het overheidsmanagement scoort hiermee net een voldoende.

 

Persoonlijke interesse

Direct leidinggevenden worden daarentegen met het rapportcijfer 6,4 positiever beoordeeld. Deze voldoende is voornamelijk te danken aan de persoonlijke interesse van managers in hun medewerkers, een eigenschap die 65 procent van de ondervraagden ziet terugkomen bij zijn of haar directe leidinggevende. Het merendeel van de respondenten vindt daarnaast dat hun baas helpt bij de ontwikkeling van medewerkers (54 procent) en de belangen van medewerkers behartigt (62 procent).

 

Voor directe leidinggevenden zijn er ook verbeterpunten. Zo mist het merendeel van de respondenten (51 procent) bij zijn baas het vermogen om te motiveren en te inspireren. Verder vindt niet meer dan 35 procent zijn manager besluitvaardig.