Stel u krijgt een ontslagvergunning voor een werknemer wegens bedrijfseconomische redenen, en de betreffende medewerker vraagt vervolgens om een ontbinding van de arbeidsovereenkomst bij de kantonrechter. Dit laatste in verband met het verkrijgen van een aanzienlijke ontslagvergoeding. Wie trekt er dan aan het langste eind?
Uit een recente rechtelijke uitspraak blijkt maar weer eens dat u erg moet oppassen bij een ontslag op staande voet. Als u de wettelijke regels daarbij niet volgt, kan dit u namelijk lelijk opbreken.
Ook al is een overeenkomst voor de beëindiging van het dienstverband door beide partijen ondertekend, toch kan een werknemer erop terugkomen en zich beroepen op dwaling.
Zit u ook in zwaar weer en bent u gedwongen personeel te ontslaan? Dan bent u verplicht het afspiegelingsbeginsel te hanteren.
Een werkgever ontslaat een werknemer vanwege de belabberde bedrijfseconomische situatie, maar geeft geen beëindigingsvergoeding. De werknemer eist een schadevergoedingen en krijgt deze, onder meer omdat het bedrijf wél een winstuitkering gaf aan de aandeelhouders.
Een chauffeur werd ontslagen nadat hij de bedrijfsregels meermalen overtrad. Hij verweert zich met het argument dat hij geen weet had van de sancties en daarom niet ontslagen had mogen worden. De rechter was het met deze redenering eens.
De ontslagvergoeding voor werknemers is de afgelopen maanden fors gedaald door de nieuwe kantonrechtersformule. Dat meldt de Volkskrant op basis van onderzoek door de Amsterdamse kantonrechter Fruytier.
Medewerkers geven gemiddeld een 4,6 voor de wijze waarop hun organisatie met ze omgaat bij de uitvoering van een reorganisatie. Dat is de uitkomst van een enquête onder Nederlandse werknemers door adviesbureau Effectory.
Frauderende en stelende werknemers berokkenden de detailhandel 170 miljoen euro schade in 2008. Dat blijkt uit cijfers van de Stichting Fraude Aanpak Detailhandel (FAD). Voor het eerst in jaren nam deze schadepost weer toe.
De kantonrechter in Maastricht oordeelde onlangs over de vraag of de door de werkgever gestelde gedragingen van een werknemer, waardoor de werkgever zelfs opdrachten zou hebben verloren, voldoende zijn om een ontbinding te rechtvaardigen. De kantonrechter wijst het verzoek van de werkgever af.