Een bagagemedewerker op Schiphol wordt op basis van camerabeelden verdacht van betrokkenheid bij bagagediefstal. Hoewel de werknemer ontkent, ontslaat de werkgever hem op staande voet. Kan dit?
Een medewerker werkt sinds 2005 als huisschilder en is tot maart 2008 voorzitter van de OR. In oktober 2008 geeft hij zijn lidmaatschap van de OR op. In maart 2009 wordt een ontslagvergunning voor deze medewerker aangevraagd, aangezien er geen werk is. Volgens de medewerker houdt dit echter verband houdt met zijn voormalig lidmaatschap van de OR en hij verzoekt om ontbinding van de arbeidsovereenkomst onder vergoeding van € 20.000 bruto.
Na een periode van arbeidsongeschiktheid merkt de werkneemster dat zij te weinig salaris, vakantiegeld en ziekengeld heeft ontvangen. Zij verzoekt haar werkgever om deze fout te herstellen. Die weigert echter bij herhaling om het door de werkneemster gestelde tekort te betalen. Om toch betaling te verkrijgen, start de werkneemster een loonvorderingsprocedure bij de kantonrechter.
Europa verplicht dat alle rechtbanken per 1 juli 2010 een uniforme aanpak voor branches hanteren, waarvan bekend is dat daar veel oneerlijke boetebedingen voorkomen.
Stel u krijgt een ontslagvergunning voor een werknemer wegens bedrijfseconomische redenen, en de betreffende medewerker vraagt vervolgens om een ontbinding van de arbeidsovereenkomst bij de kantonrechter. Dit laatste in verband met het verkrijgen van een aanzienlijke ontslagvergoeding. Wie trekt er dan aan het langste eind?
Uit een recente rechtelijke uitspraak blijkt maar weer eens dat u erg moet oppassen bij een ontslag op staande voet. Als u de wettelijke regels daarbij niet volgt, kan dit u namelijk lelijk opbreken.
Ook al is een overeenkomst voor de beëindiging van het dienstverband door beide partijen ondertekend, toch kan een werknemer erop terugkomen en zich beroepen op dwaling.
Zit u ook in zwaar weer en bent u gedwongen personeel te ontslaan? Dan bent u verplicht het afspiegelingsbeginsel te hanteren.
Een werkgever ontslaat een werknemer vanwege de belabberde bedrijfseconomische situatie, maar geeft geen beëindigingsvergoeding. De werknemer eist een schadevergoedingen en krijgt deze, onder meer omdat het bedrijf wél een winstuitkering gaf aan de aandeelhouders.
Een chauffeur werd ontslagen nadat hij de bedrijfsregels meermalen overtrad. Hij verweert zich met het argument dat hij geen weet had van de sancties en daarom niet ontslagen had mogen worden. De rechter was het met deze redenering eens.