Het UWV moet van de rechter ruim 300 duizend euro betalen voor de schade die een medewerker van een tuinbedrijf leed doordat hij door een burn-out arbeidsongeschikt werd. Dat meldt het Bureau Beroepsziekten FNV op zijn website.

De medewerker van een tuinbouwbedrijf functioneerde 14 jaar lang goed toen hij als leidinggevende een fusie moest begeleiden. De man viel daardoor eind 1998 uit met burn-out-klachten, maar wilde terugkomen in zijn oude baan.

 

Aan het lijntje

De man werd opgeroepen door een arts van het UWV die hem doorverwees naar een arbeidsdeskundige. Daar kon hij pas in april 1999 terecht. De arbeidsdeskundige beloofde snel contact op te nemen met het tuinbouwbedrijf om de terugkeer naar het werk te bespreken. Hier kwam niets van terecht. De medewerker nam hierna nog enkele malen contact op met het UWV, dat hem keer op keer meldde met zijn zaak bezig te zijn. In februari 2000 kreeg de medewerker plots antwoord van het UWV: de arbeidsdeskundige beschikte dat de medewerker zijn eigen functie niet langer kon oefenen en dat hij op zoek moest naar ander werk.

 

Uitspraak

De medewerker kon zich hier niet in vinden en stapte naar de Raad van Toezicht Arbeidsdeskundigen, die hem gelijk gaf. De arbeidsdeskundige had niet goed gehandeld en was tot een verkeerd eindoordeel gekomen. Omdat door de lange periode van onzekerheid en de vreemde beslissing zijn burn-out verergerde, eiste de medewerker een schadevergoeding bij de rechtbank Den Haag. Die besloot tot de schadevergoeding, te betalen door het UWV.