Om in aanmerking te komen voor het WGA-eigenrisicodragerschap moeten werkgevers een schriftelijke garantie aan de Belastingdienst overleggen waaruit blijkt dat een bank of een verzekeraar garant staat voor eventuele door de werkgever niet nagekomen financiële verplichtingen. Werkgevers die eigenrisicodrager waren tot en met 2016 hebben alleen een garantie overlegd voor het WGA-risico van vaste krachten. Werkgevers die vanaf 1 januari 2017 eigenrisicodrager wilden blijven, moesten vanwege de nieuwe wetgeving een nieuwe garantie overleggen voor het totale WGA-risico (van vaste en flexibele krachten).
Garantieverklaring voor totale WGA risico niet overlegd
Het Verbond van Verzekeraars laat weten dat verzekeraars in een beperkt aantal gevallen per abuis geen nieuwe garantie aan de Belastingdienst hebben overlegd voor werkgevers die reeds eigenrisicodrager waren en dat wilden blijven in 2017. Deze werkgevers hebben zelf wel op tijd (in 2016) bij de verzekeraar aangegeven eigenrisicodrager te willen blijven. Omdat voor deze werkgevers per 1 januari 2017 geen geldige garantie voor het totale WGA-risico is overlegd zijn deze werkgevers per 1 januari 2017 ongewild weer de publieke verzekering van UWV ingestroomd.
WGA-ERD geldt normaliter voor minimaal drie jaar
Wettelijk gezien mogen werkgevers tenminste drie jaar na beëindiging van het eigenrisicodragerschap niet weer eigenrisicodrager worden. Voor de werkgevers waarvan het eigenrisicodragerschap nu ongewild is beëindigd acht de regering dit ongewenst. Zij hebben er immers niet voor gekozen om hun eigenrisicodragerschap te beëindigen. De regering wil het daarom voor deze specifieke groep werkgevers éénmalig mogelijk maken om al eerder dan na drie jaar wederom eigenrisicodrager voor de WGA te worden.
Reparatieregeling
De werkgevers die aan de gestelde eisen voldoen kunnen éénmalig, per 1 juli 2018, weer uittreden naar het WGA-ERD. De eis dat zij tenminste drie jaar publiek verzekerd moeten blijven vervalt voor die groep.