In de eerste drie kwartalen van 2020 was het ziekteverzuim gemiddeld 4,7 procent. In de afgelopen twintig jaar was dit voor het laatst in 2003 zo hoog. In 2019 was het gemiddelde verzuim door ziekte in de eerste drie kwartalen 4,3 procent. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.

De toename van het gemiddelde verzuim over de eerste drie kwartalen in de cijfers is vooral terug te zien in de horeca: 3,5 procent. In 2019 was dit 2,6 procent. Alleen in het onderwijs (4,8 procent) en in het openbaar bestuur (5,2 procent) daalde het gemiddelde verzuimpercentage over de drie kwartalen ten opzichte van 2019.

Daling ziekteverzuim derde kwartaal in onderwijs en bij overheid

Het ziekteverzuim van werknemers bij bedrijven en overheid was in het derde kwartaal van 2020 4,4 procent. In vrijwel alle bedrijfstakken lag het ziekteverzuimpercentage in het derde kwartaal van 2020 hoger dan een jaar eerder. Het ziekteverzuim was in de gezondheids- en welzijnszorg het hoogst: 5,9 procent tegen 5,2 procent in het derde kwartaal van 2019. Het ziekteverzuim was vooral hoog onder werknemers in de verpleeg- en bejaardentehuizen: 7,0 procent (in 2019 was dit 6,3 procent).

In de horeca en de landbouw nam het ziekteverzuim in het derde kwartaal van 2020 het sterkst toe. Dit terwijl die bedrijfstakken traditioneel gezien het laagste ziekteverzuim kennen. In de horeca was het verzuim door ziekte in 2019 2,6 procent en dit jaar 4,1 procent. In de landbouw steeg het van 2,5 naar 3,7 procent. Ook bij de overige dienstverlening – zoals kappers, wasserijen, sauna’s en zwembaden – was er sprake van een bovengemiddelde toename.

In het onderwijs was echter sprake van een daling in het derde kwartaal: 4,2 procent tegen 5,1 procent in 2019. Ook bij het openbaar bestuur en overheidsdiensten daalde het verzuim: 4,5 procent tegen 5,0 procent in 2019.