Een bedrijfsmanager van een Rotterdams uitzendbureau krijgt ernstige rugklachten en wordt arbeidsongeschikt. In zijn tweede ziektejaar start de werknemer met het verrichten van passende werkzaamheden gedurende een aantal uren per dag. Het uitzendbureau betaalde de bedrijfsmanager in zijn tweede ziektejaar 70% van zijn loon. De bedrijfsmanager is echter van mening dat hij over de gewerkte uren recht heeft op 100% van zijn loon en stelt een loonvordering in.

De kantonrechter wijst er allereerst op dat niet uit de wet, noch uit een toepasselijke cao of arbeidsvoorwaarde volgt dat de bedrijfsmanager aanspraak kan maken op meer dan 70% van zijn loon over de gewerkte uren. Op grond van het goed werkgeverschap kan een beloning van meer dan 70% van het loon echter verschuldigd zijn, indien de zieke werknemer gedurende een zekere tijd zodanige werkzaamheden verricht dat niet uitsluitend sprake is van arbeidstherapeutische werkzaamheden en deze werkzaamheden voor de werkgever een substantiële waarde vertegenwoordigen dat 70% van het loon daarmee niet in redelijke verhouding staat.

 

Volledige loondoorbetaling afgewezen

Omdat de bedrijfsmanager in dit geval niet meer dan 35% van de overeengekomen arbeidsduur werkzaam was en de werkzaamheden bovendien beneden zijn functieniveau lagen, acht de kantonrechter het uitzendbureau niet verplicht meer dan 70% van het loon te voldoen. De loonvordering van de bedrijfsmanager wordt dan ook afgewezen.

 

Kantonrechter Breda, 1 februari 2012 (LJN: BV6240),

 

Tip

Betaling van 100% van het loon over gewerkte uren tijdens ziekte is niet vanzelfsprekend. Dit hangt af van de omvang en loonwaarde van de passende werkzaamheden in vergelijking met de arbeidsduur en functie van de arbeidsongeschikte werknemer.