‘Wat opvalt aan de kritiek is dat deze er van uitgaat dat bedrijven vooral bezig zijn met de vraag hoe zij zo eenvoudig mogelijk van hun personeel kunnen afkomen,’ zo schrijven de hoogleraren. Hierdoor raken werknemers in voortdurende onzekerheid over hun werk. En dat is in de huidige Nederlandse kenniseconomie funest.
Het zijn immers de medewerkers die met hun betrokkenheid en inzet het verschil maken en voor het succes van een bedrijf op langere termijn onmisbaar zijn. En daar zit volgens de hoogleraren het probleem als je makkelijk van je werknemers afscheid neemt. Want ‘waarom zou je moeite doen om je de cultuur en de werkwijze van de arbeidsorganisatie eigen te maken als je volgend jaar – of misschien al volgende maand – weer op straat staat?’
Innovatie
De economen halen in hun opiniestuk onderzoek aan dat laat zien dat bedrijven met een groter aandeel vaste medewerkers beter scoren op (technologische) innovatie. Het elftal ziet dan ook geen goede reden waarom een bedrijf een goed functionerende medewerker na twee jaar geen vast dienstverband aan zou bieden.
Ontslagrecht
De wet biedt voldoende mogelijkheden om een dienstverband te beëindigen mocht dat om bedrijfseconomische redenen nodig zijn of omdat iemand niet functioneert. Maar zowel medewerker als werkgever moeten zich blijven inspannen om de medewerker inzetbaar te houden. ‘Een gebrek aan training van medewerkers in de flexibele schil zal na verloop van tijd echter hun duurzame inzetbaarheid aantasten. Daarmee gaan werkgevers voorbij aan de gerechtvaardigde behoefte van werknemers aan enige continuïteit en zekerheid. Bovendien brengen zij zo op langere termijn ook het bedrijfsleven en de concurrentiekracht van de economie schade toe,’ zo eindigen de economen.