De werkgever verzoekt de kantonrechter ontbinding van de arbeidsovereenkomst, voor zover deze niet reeds van rechtswege is geëindigd, primair op grond van een dringende reden en subsidiair op grond van een verandering van omstandigheden.
Naar aanleiding van de beschuldiging van seksuele intimidatie is de werkgever een zorgvuldig onderzoek gestart door de beschuldigingen zeer serieus te nemen, zelf onderzoek te verrichten, een vertrouwenspersoon voor te stellen en een klachtencommissie in te stellen. De kantonrechter is van mening dat werkgever daarmee heeft voldaan aan zijn zorgvuldigheidsverplichtingen.
Valse beschuldiging
De werkneemster heeft echter op geen enkele wijze meegewerkt aan het onderzoek door alle uitnodigingen tot het voeren van een gesprek af te wijzen en de e-mails of foto’s waaruit de seksuele intimidatie zou blijken niet te overleggen. Ook ter zitting heeft de werkneemster haar beschuldigingen niet nader onderbouwd of een verklaring gegeven waarom zij niet kon of wilde meewerken aan het onderzoek. Op grond hiervan neemt de kantonrechter aan dat er sprake is van een valse beschuldiging. Daarnaast heeft werkneemster een brief gestuurd aan andere werknemers waarin zij haar beschuldiging heeft herhaald en waarmee zij andere onwaarheden heeft verspreid. Deze gedragingen leveren gezamenlijk beschouwd een dringende reden op zodat de arbeidsovereenkomst voorwaardelijk wordt ontbonden.
Rechtbank Rotterdam, sector kanton, 11 november 2011, LJN: BU4663