De werkgever verzoekt om ontbinding van de overeenkomst wegens structureel te laat komen, regelmatige ziekmeldingen en het niet in acht nemen van de huisregels, hierover heeft de werkneemster een waarschuwing ontvangen. Verder werkt de werkneemster niet mee aan de re-integratie, waardoor voortzetting van de arbeidsovereenkomst onmogelijk is geworden. De werkneemster voert aan dat het opzegverbod tijdens ziekte de ontbinding in de weg staat en dat de door de werkgever aangevoerde argumenten niet juist zijn. Volgens de werkneemster is zij ook nooit gewezen op problemen en hebben er geen functioneringsgesprekken plaatsgevonden.
Ontbinding arbeidsovereenkomst afgewezen
De rechter is van oordeel dat van de bedrijfsarts enige overweging ontbreekt over de deskundigenverklaring van het UWV, waarin de werkneemster kort daarvoor juist wel arbeidsongeschikt werd geacht. De opmerkingen van de bedrijfsarts in dit verband zijn ook onvoldoende gemotiveerd en van onvoldoende gewicht tegenover de deskundigenverklaring.
De rechter wijst de ontbinding af, omdat de aangevoerde omstandigheden van de werkgever in ieder geval een verband hadden met de ziekte van de werkneemster. Ook is er niets gebleken van bijzondere omstandigheden die kunnen rechtvaardigen dat het verzoek om ontbinding ondanks genoemd verband met het opzegverbod tijdens ziekte toch zou moeten worden toegewezen.
Kantonrechter Alkmaar, 4 april 2012, LJN: BW5024
Tip
Wil een ontbindingsverzoek voor een zieke werknemer kunnen slagen, dan moeten de feiten/omstandigheden (dossier) de grondslag kunnen dragen.
