In deze zaak gaat het om een man die gebruik maakte van een vrijwillige vertrekregeling. Met de man werd, conform het sociaal plan, een ontslagvergoeding afgesproken van 71.336 bruto. Het ontslag zou op 1 maart 2009 ingaan, maar de man overleed drie uur voordien, op 28 februari om 21.00 uur. Hierop eisten de nabestaanden het bedrag alsnog op, maar de werkgever weigerde.
Maar de rechter stelde de erfgenamen in het gelijk; dat de werknemer eerder stierf betekent niet dat de betalingsverplichting vervalt. De werknemer had zich bereid verklaard om vrijwillig te vertrekken, met een vergoeding als tegenprestatie.
Overlijden in beëindigingscontract?
Arbeidsrechtadvocaat Maarten van Gelderen stelt dat er een duidelijke link is tussen de uitspraken over de vakantiedagen en de ontslagvergoeding. “In veel gevallen zullen erfgenamen recht hebben op uitbetaling. Zonder dat ze het zelf weten.”
Van Gelderen geeft aan dat er bij de ontslagvergoeding wel een addertje onder het gras zit. In het beëindigingscontract van deze zaak werd met geen woord gerept over dat er niet zou worden betaald in geval van het overlijden van de werknemer. “Was dit wel gebeurd, dan was de uitspraak mogelijk anders geweest. Maar eerlijk gezegd kom ik bijna nooit beëindigingcontracten tegen waarin het punt van overlijden wordt aangehaald. Een tip voor werkgevers.”
Leer in één ochtend hoe je als HR-professional effectief omgaat met de juridische en fiscale uitdagingen bij het inhuren van zzp’ers. Na deze training weet je wanneer een medewerker echt als zzp’er kwalificeert. Je krijgt ook inzicht in de aanpak van de Belastingdienst, die vanaf 1 januari 2025 weer gaat handhaven op arbeidsrelaties voor loonheffingen.
