Geen enkele jonge ambtenaar vindt werken bij de overheid aantrekkelijk vanwege de ontslagrechtbescherming. Jonge ambtenaren werken bij de overheid vanwege de maatschappelijk toegevoegde waarde (48 procent), de secundaire arbeidsvoorwaarden (22 procent) en de flexibele werktijden (18 procent).
Op de vraag wat er dan op dit moment het belangrijkste is dat verbeterd moet worden, antwoordt 41 procent “kiezen in plaats van kaasschaven”. Werknemers zouden een plek moeten verdienen op basis van prestaties en niet vanwege hun arbeidsduur.
Collega’s die niet/slecht functioneren blijven volgens de geënquêteerden nu gewoon zitten. En dat wordt als demotiverend en slecht voor de kwaliteit van de dienstverlening en het imago van de overheid beschouwd.