Einde arbeidsovereenkomst bij einde project?

Door: mr. Koen Vermeulen, GMW Advocaten

4 februari 2013

Een werknemer treedt in dienst bij bedrijf Gemar voor de periode september 2008 – oktober 2010. Dit is op basis van een uitzendovereenkomst Fase B die op grond van de toepasselijke ABU CAO na die twee jaar van rechtswege eindigt. De werknemer gaat feitelijk werken op een project via Stork. Eind 2008 laat Stork al weten geen werk meer te hebben, waarna Gemar geen loon meer heeft betaald stellende dat de arbeidsovereenkomst door die mededeling van Stork is geëindigd.

In de uitzendovereenkomst stond namelijk vermeld dat die ook eindigt als het project eindigt. Het beroep hierop door Gemar wordt door het Gerechtshof Arnhem verworpen: van een projectovereenkomst die automatisch eindigt bij einde project is geen sprake. Want het project was onvoldoende duidelijk in de overeenkomst omschreven en er was geen sprake van een voldoende objectief bepaalbare einddatum van het project.

Ontbindende voorwaarde

Ook de stelling van Gemar dat door het einde van het project de arbeidsovereenkomst automatisch eindigt door het aldus intreden van een ontbindende voorwaarde verwerpt het gerechtshof. Voor de geldigheid van een in de arbeidsovereenkomst opgenomen ontbindende voorwaarde gelden strenge eisen. Het project was onvoldoende nauwkeurig omschreven en daarom was geen sprake van een geldige ontbindende voorwaarde.

Tussentijdse beëindiging

Aangezien Gemar ook niet beschikte over UWV-toestemming was er geen sprake van een rechtsgeldige tussentijdse beëindiging van de arbeidsovereenkomst. De werknemer heeft recht op salaris tot de afgesproken einddatum in oktober 2010.

Tip

Gaat u een arbeidsovereenkomst aan voor een project, dan is het raadzaam om dat project zo concreet mogelijk te omschrijven wat betreft inhoud van het werk en locatie van het specifieke project. En neemt u voor de zekerheid een einddatum op want anders is sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd als het beroep op het projecteinde niet zou slagen.

Gerechtshof Arnhem, 3 april 2012, LJN: BW3093