In Nederland bedraagt het vakantiegeld voor werknemers en uitkeringsgerechtigden doorgaans 8 procent van het jaarloon. De meeste mensen ontvangen dit bedrag in één keer in mei. In feite is dat een vorm van sparen. Werknemers en werkgevers zouden bijvoorbeeld ook kunnen afspreken om in plaats van een jaarlijkse uitkering van het vakantiegeld het maandsalaris met 8 procent te verhogen. Dan kunnen werknemers het geld zelf sparen, of het geld eerder aanspreken als ze dat willen. Die vrijheid blijkt echter geen populaire optie. Acht op de tien (77 procent) van de ondervraagden heeft het liefst één keer per jaar het hele bedrag. Slechts 7 procent ontvangt het vakantiegeld liever in twaalf maandelijkse porties.
Schuld aflossen
Het vakantiegeld gaat minder vaak naar de vakantie dan de laatste paar jaar. Dit jaar geeft ruim een derde (35 procent) het vakantiegeld uit aan vakantie. Vorig jaar was dat nog 38 procent en in 2011 nog ruim 40 procent. Wel blijft ook dit jaar ‘de vakantie’ de belangrijkste bestemming voor het extraatje in mei. Een kwart (24 procent) besteedt het aan andere uitgaven, denk aan een nieuwe bank of een computer. Minder vaak dan vorig jaar gaat het vakantiegeld naar de spaarrekening (16 procent, was 19 procent). Duidelijk veel vaker dan vorig jaar lossen consumenten schulden af (23 procent, was 18 procent) met hun vakantiegeld.
Leer in één ochtend hoe je als HR-professional effectief omgaat met de juridische en fiscale uitdagingen bij het inhuren van zzp’ers. Na deze training weet je wanneer een medewerker echt als zzp’er kwalificeert. Je krijgt ook inzicht in de aanpak van de Belastingdienst, die vanaf 1 januari 2025 weer gaat handhaven op arbeidsrelaties voor loonheffingen.
