Met ingang van dit jaar heeft u te maken met belastingrente in plaats van heffingsrente. Aan de invorderingsrente is niets veranderd. Het tijdvak waarover de belastingrente wordt berekend, vangt aan op 1 juli na afloop van het belastingjaar. De nieuwe renteregeling geldt vanaf de aanslagen loonheffingen vanaf 1 januari 2012.

Tot 31 december 2011 wordt nog standaard heffingsrente gerekend vanaf 1 januari na afloop van het belastingjaar.

 

De nieuwe regeling is onderdeel van het Belastingplan 2012 (Stb. 2011, 639). Artikel XXIX van het Belastingplan wijzigt de artikelen 28 en 29 van de IW 1990 en introduceert twee nieuwe wetsartikelen in de IW 1990 (28a en 28b).

 

Belastingrente

De rente heeft een heffings- en een invorderingscomponent. De heffingscomponent – de belastingrente – ziet op de periode tot aan de vaststelling van de betalingsverplichting of het recht op teruggaaf bij een belastingaanslag. Deze component wordt voortaan belastingrente genoemd. De invorderingscomponent blijft invorderingsrente heten en heeft betrekking op het feitelijk te laat betalen aan de belastingdienst van een belastingaanslag en de feitelijke uitbetaling door de belastingdienst van een belastingteruggaaf.

 

Als rentepercentages gelden vanaf 1 januari 2013 die van de wettelijke rente voor niet-handelstransacties. Het percentage van de wettelijke rente wordt bij algemene maatregel van bestuur vastgesteld.

 

Heffingsaanslagen

Voor wat betreft de naheffingsaanslagen loonheffingen verandert er ten aanzien van het in rekening brengen van belastingrente niet veel, vergeleken met het ‘oude’ recht:

  • Rente wordt berekend over het tijdvak lopend van de dag volgende op het jaar waarop de nageheven loonheffingen betrekking hebben en eindigend op de dag voorafgaand aan die waarop de betalingstermijn verloopt.
  • Wordt een naheffingsaanslag opgelegd als gevolg van een vrijwillige verbetering van een aangifte, die binnen drie maanden na het einde van het jaar is gedaan, dan wordt men niet geconfronteerd met belastingrente.
  • Is sprake van een vrijwillige verbetering na drie maanden na het einde van het jaar, dan moet men over de periode tot aan het moment van oplegging van de naheffingsaanslag wel belastingrente betalen.
  • Indien een naheffingsaanslag na bezwaar of beroep wordt verminderd, zal evenredige vermindering van de reeds in rekening gebracht belastingrente plaatsvinden.
  • Indien men een verzoek om een teruggaafbeschikking indient, vergoedt de fiscus belastingrente als een teruggaafbeschikking niet binnen acht weken na ontvangst van dit verzoek is vastgesteld.
  • Het tijdvak waarover de berekening van belastingrente plaatsvindt, vangt aan acht weken na ontvangst van het verzoek en eindigt veertien dagen na de dagtekening van de teruggaafbeschikking. Werkgevers moeten wel rekening houden met een drempelperiode van drie maanden als gevolg waarvan de renteperiode niet eerder aanvangt dan 1 april na afloop van het kalenderjaar.
  • De fiscus vergoedt tevens belastingrente als de belastingplichtige recht heeft op een teruggaaf die verband houdt met een eerder door de inspecteur ingenomen standpunt over de hoogte van de verschuldigde belasting. Ook wanneer sprake is van een afwijzende beschikking op een teruggaafverzoek die later vervangen wordt door een teruggaafbeschikking, vindt vergoeding van belastingrente plaats.

 

Invorderingsrente

De ontvanger brengt invorderingsrente in rekening over het op de vervaldag nog openstaande bedrag van de naheffingsaanslag tot de dag van betaling. Bij uitstel van betaling wordt invorderingsrente in rekening gebracht over de periode waarover de ontvanger uitstel heeft verleend.

 

De ontvanger moet invorderingsrente vergoeden wanneer een uit te betalen bedrag niet binnen zes weken na de dagtekening van de belastingaanslag of beschikking is uitbetaald aan de belastingschuldige. Een vereiste daarbij is dat het niet aan de belastingschuldige ligt dat de uitbetaling niet op tijd heeft kunnen plaatsvinden.

 

Heeft de belastingschuldige een onjuist rekeningnummer opgegeven, dan zal de vertraging die daardoor ontstaat bij de uitbetaling nimmer aanleiding zijn tot het vergoeden van invorderingsrente. Een vergoeding van invorderingsrente vindt plaats vanaf de dag na de dagtekening van de belastingaanslag of beschikking tot en met de dag voorafgaand aan die van de betaling.

 

Let op

De ontvanger vergoedt geen rente meer over een terugbetaling, die het gevolg is van een herziening of vermindering van een al betaalde naheffingsaanslag. Kiest u ervoor vooruitlopend op een procedure de loonheffingen te betalen, dan krijgt u, indien u in het gelijk gesteld wordt, de door u te veel betaalde loonheffingen terug, maar zonder vergoeding van de invorderingsrente. Wanneer u na een verzoek daartoe geen uitstel van betaling heeft verkregen en in de daaropvolgende procedure in het gelijk wordt gesteld, zal de ontvanger wel invorderingsrente vergoeden.