Voor veel mensen is in de toekomst wellicht geen betaald werk meer door de snelle opkomst van robots en andere technologie. Tijdens het SZW-congres 'Robotisering: kansen voor morgen' gaf minister Lodewijk Asscher aan dat de overheid er dan voor moet zorgen dat er voor die mensen wel een inkomen is.

Door de snelle opkomst van robots en andere technologie kan de toekomst er drastisch anders uit gaan zien dan het heden. De angst dat de werkgelegenheid drastisch zal krimpen door de voortschrijdende techniek is niet nieuw. Asscher haalde in zijn toespraak Keynes aan die in 1930 al voorspelde dat technologie kan leiden tot werkloosheid. Die voorspelling is echter niet uitgekomen. In tegendeel, die technologische vooruitgang ging juist hand in hand met banengroei. Sinds de jaren negentig is er echter een kentering. Asscher: “ In veel landen raakt de welvaartswinst van technologie steeds schever verdeeld. Het zijn vooral kapitaalbezitters en de hoogste inkomen die profiteren van de toegenomen welvaart. En het deel van de welvaart dat bij gewone werknemers terecht komt daalt en de lonen aan de onderkant staat onder druk.”

Robots

Om te laten zien op wat voor manier die technologische ontwikkelingen de arbeidsmarkt precies raken gaf de minister enkele concrete voorbeelden. Zo is er de Packbot van Amazon. De omzet per medewerker bij Amazon is hierdoor drie maal zo hoog als in de reguliere detailhandel aldus de bewindsman. “Of scherper gezegd: de werkgelegenheid per verkocht artikel is drie maal zo laag…”
Een ander voorbeeld is de volautomatische melkrobot. Marktleider Lely uit Maassluis heeft er wereldwijd bijna twintigduizend van verkocht, waarvan meer dan de helft in de laatste drie jaar. “Het rijtje van arbeidsbesparende toepassingen van robots kan overigens naar believen worden uitgebreid. Robots worden in hoog tempo toegankelijker, betrouwbaarder en goedkoper. Ze zijn goedkoop, snel, nooit ziek, werken 24 uur per dag. Ze vragen nooit om loonsverhogingen, worden niet vertegenwoordigd door vakbonden en staken niet. Voor een aanzienlijk deel van de bestaande banen zijn zij daardoor in staat om werknemers te vervangen.”

Kunstmatige intelligentie

En robots zijn niet eens de meest belangrijke technologische ontwikkeling. Minstens zo relevant zijn de opkomst van kunstmatige intelligentie, snellere internetverbindingen en de opkomst van de smartphone. Dit opent een scala aan nieuwe toepassingen.
“Dan denk ik bijvoorbeeld aan Air-bnb en de invloed daarvan op de werkgelegenheid in hotels.”
Een tweede voorbeeld daarvan is volgens Asscher de snelle ontwikkeling van digitale vertaaldiensten. “Menselijke vertalers blijven nodig, maar dan vooral om het afnemende aantal fouten van de computer er uit te halen. Het laat zich raden wat dit op termijn betekent voor de banen van vertalers en tolken.”

Technologische werkloosheid

De bewindsman haalde de veelbesproken publicatie van Frey en Osborne aan waarin zij tot de conclusie komen dat 47 procent van de totale bestaande werkgelegenheid in de VS de komende twee decennia het risico loopt om te verdwijnen als gevolg van technologische ontwikkelingen. Vooral modale werknemers en werknemers aan de onderkant zouden de dupe zijn. “In de concurrentie met robots, zien zij hun lonen dalen en biedt geen werkgever ze nog een vast contract. Naarmate de robots beter en goedkoper worden, zakt hun loonwaarde tot onder het minimumloon.”

Kloof arm en rijk

De kloof tussen arm en rijk neemt daarmee enorm toe. “Tegelijk nam het loonaandeel van de 1 procent best betaalden toe met 20 procent, vooral door gestegen beloningen voor CEO’s en andere topmanagers. Zelfs in egalitaire landen als Duitsland, Denemarken en Zweden neemt de kloof tussen de rijkste 10 procent en de armste 10 procent toe.  Het loon van een modale werknemer bleef als gevolg van deze ontwikkelingen achter. De productiviteit groeide tussen 1999 en 2011 twee keer zo hard als het modale loon. Ook de inkomenszekerheid van werknemers neemt af. In vrijwel alle ontwikkelde landen neemt de flexibele schil toe, ten koste van het aantal vaste werknemers.”

Nederlandse beleid

Extreme ongelijkheid is niet alleen economisch schadelijk, maar ook maatschappelijk ongewenst aldus de minister. Wat betekent dit voor het Nederlandse beleid?  Asscher: “Ondanks onze gunstige uitgangspositie is er werk aan de winkel. Nederland is een open en ontwikkelde economie, die altijd heeft weten te profiteren van technologische vooruitgang. Als robotisering leidt tot verdringing van laagbetaald werk en een scheve inkomensverdeling, dan moeten we dat pareren om de economie en samenleving gezond te houden. Door het fiscale stelsel te richten op werkgelegenheid aan de onderkant. Door een herwaardering van een evenwichtige herverdeling, gemotiveerd vanuit het behoud van groeipotentie en sociale mobiliteit. Als robots laaggeschoold en routinematig werk gaan overnemen moeten we onze jeugd opleiden voor het andere werk. Niet trainen op routine, maar op het onverwachte. Niet op feiten, maar op creatief analyseren en nieuwe wegen zoeken. En uiteraard op een goede omgang met een geautomatiseerde wereld.”

Door ons huiswerk goed te doen zijn we volgens de minister in staat nog lange tijd te voorkomen dat mensen zonder werk komen te zitten. Dit neemt niet weg dat er op lange termijn een scenario denkbaar is waarin Keynes alsnog zijn gelijk haalt. “Dat zou de maatschappij voor nog fundamentelere uitdagingen stellen.”

Basisinkomen

Zou een basisinkomen uitkomst kunnen bieden voor een nieuwe maatschappelijke structuur? Een sociaal model waarin we mensen niet langer dwingen tot zoeken naar banen die niet meer bestaan? Het VPRO-programma Tegenlicht verkende de mogelijkheden in Gratis Geld. Zij halen een sociaal experiment tussen 1974-1978 aan in het Canadese dorp Dauphin. En stellen de vraag wat er zou gebeuren als ze de bevindingen van dit Mincom-project doortrekken naar Nederland anno 2014. Samen met econoom Marcel Canoy, voormalig adviseur van Barroso, berekent Tegenlicht wat invoering zou kosten. En u krijgt een kijkje bij de Vereniging Basisinkomen, waar twee generaties elkaar vinden in de eerste kiemen van wat onze sociale toekomst zou kunnen worden aldus Tegenlicht.