Een vordering van een werkneemster tot betaling van de resultaatafhankelijk eindejaarsuitkering over het jaar 2008 is vier jaar na dato alsnog toegewezen door de kantonrechter in Utrecht. De werkgever had het destijds uitgesteld in verband met de economische recessie.

Op grond van de CAO voor de vaste medewerkers van uitzendondernemingen had de betreffende werkneemster recht op zowel een winstafhankelijke- als een resultaatafhankelijke eindejaaruitkering. Na afloop van het jaar 2008 heeft de werkgever de winstafhankelijke eindejaarsuitkering uitgekeerd, maar de betaling van de resultaatafhankelijke eindejaarsuitkering had de werkgever tot nader orde uitgesteld in verband met de economische recessie. Door de slechte bedrijfsresultaten van de werkgever, was zij naar eigen zeggen niet in staat om de resultaatafhankelijke eindejaarsuitkeringen, een totaalbedrag van € 100.000,–, aan haar werknemers uit te keren. Het geduld van de werkneemster was in mei 2011 echter op en zij startte een procedure.

Algemeen verbindend verklaring

De kantonrechter stelt allereerst vast op basis van welke grondslag de werkneemster recht had op de eindejaarsuitkering: op basis van de algemeen verbindend verklaring van de CAO voor de vaste medewerkers van uitzendondernemingen. De werkgever had zich verweerd met de stellingen dat onderling andere afspraken zouden zijn gemaakt en dat zij op grond van haar eigen bonusregeling bevoegd was van de CAO-bepaling af te wijken. Deze verweren worden door de kantonrecher echter verworpen nu elk beding dat in strijd is met een algemeen verbindend verklaarde bepaling nietig is. Ook de tekst van de CAO biedt volgens de kantonrechter geen ruimte om van de CAO af te wijken. Tot slot wijst de kantonrechter ook het beroep van de werkgever op rechtsverwerking af, nu het enkele stilzitten van de werkneemster niet betekent dat haar het recht op uitbetaling van de resultaatafhankelijke eindejaarsuitkering niet meer zou toekomen.

Afwijken van arbeidsvoorwaarden

De uitspraak van de kantonrechter Utrecht bevestigt nog maar eens dat het niet zomaar mogelijk is om van arbeidsvoorwaarden die voortvloeien uit een cao ten nadele van werknemers af te wijken. Dit geldt overigens niet alleen voor arbeidsvoorwaarden die voortvloeien uit een cao-bepaling die algemeen verbindend is verklaard, zoals in deze uitspraak het geval was, maar ook indien de bepaling voortvloeit uit een cao waaraan zowel werkgever als werknemer gebonden zijn als gevolg van hun lidmaatschap van een cao sluitende vakorganisatie.

Kantonrechter Utrecht, LJN BZ5261