De zomer is duidelijk begonnen: de temperaturen stegen eind juni naar tropisch. De komende maanden kunnen we vast nog meer hete dagen verwachten. Wat doen die hoge temperaturen met het welbevinden van je medewerkers? En hoe houd je de werkomgeving ook binnen comfortabel als buiten de mussen van het dak vallen?

Een frisse medewerker is een productieve medewerker

Als de temperaturen stijgen, heeft dat impact op medewerkers. Bedrijven investeren de laatste decennia dan ook steeds vaker in een klimaatbeheerinstallatie met koeling in kantoorgebouwen. “Interessant genoeg is een veelgehoorde klacht tegenwoordig juist dat mensen het koud hebben op zonnige dagen”, vertelt Hilda Hoek, arbeidshygiënist bij Arbo Unie. “Ze komen met een zomerjurk of T-shirt naar het werk en moeten daar een vest aandoen om het nog een beetje behaaglijk te hebben. Ik kom zelfs shawls en handschoentjes tegen ter voorkoming van een stijve nek of verkrampte handen.”

Koel met mate

Oppassen met koeling, luidt dan ook het devies. Hilda: “Soms is de inblaaslucht te koud of wordt er meer koude lucht toegevoerd dan nodig. Dat gebeurt bijvoorbeeld wanneer ruimten in de schaduw net zo veel koude lucht krijgen als ruimten waar de zon vol op staat. Je ziet ook vaak dat gekoelde lucht te direct op de werkplek terechtkomt zonder goed te mengen met de warme lucht in de ruimte. Dat kan bijvoorbeeld te maken hebben met het type of de afstelling van het inblaasrooster of de plaats van de inblaasroosters ten opzichte van elkaar en de wanden. Gelukkig zijn die koelingsproblemen vaak te verhelpen. Arbo Unie voert regelmatig onderzoek uit naar aanleiding van binnenklimaatklachten. We luisteren daarbij goed naar de ervaringen van medewerkers gedurende alle seizoenen, doen waar nodig metingen en zoeken samen met de gebouwbeheerder naar mogelijkheden om het binnenklimaat te optimaliseren.”

Kwestie van wennen

Een optimaal binnenklimaat hoeft volgens Hilda zeker niet te betekenen dat het altijd 20°C is – de temperatuur mag best wat hoger zijn in de zomer: “Mensen wennen aan warmte als die aanhoudt. Wie weleens vliegt naar een warme bestemming zal dat herkennen: bij aankomst op het vliegveld word je bijna bevangen door de hitte en na een paar dagen ben je eraan gewend. In organisaties waar geen strenge kledingeisen gelden en medewerkers geen fysieke arbeid verrichten, is het prima als het binnen niet meer dan 6 graden kouder is dan buiten. Zelfs als dat betekent dat het binnen 26 °C is – daar zijn mensen dan ook op gekleed. Juist de overgang van een té koel gebouw naar de hitte buiten zorgt voor klachten.”

Praktische tips voor als het echt warm is op kantoor

  • Drink regelmatig gekoeld water.
  • Begin wanneer mogelijk wat vroeger dan anders.
  • Ventileer gebouwen ‘s nachts en in de vroege ochtend flink, zodat het gebouw zijn warmte kwijt kan en medewerkers in een koele ruimte beginnen.
  • Als er buitenzonwering is, zorg dan dat die naar beneden is zodra de zon op de gevel staat.
  • Zoek een werkplek aan de koelere kant van het gebouw.

Praktische tips voor productiefuncties in de hitte

Hilda wijst erop dat hitte voor medewerkers in productiefuncties risicovoller is dan voor medewerkers op kantoor. “Ze verrichten fysiek- werk en dragen vaak ook nog persoonlijke beschermingsmiddelen. Dit kan in extreme situaties zelfs leiden tot een hitteberoerte.”

  • Koel de werkomgeving als dit praktisch haalbaar is.
  • Zorg dat medewerkers regelmatig kunnen pauzeren in een koelere omgeving om de overtollige warmte kwijt te raken.
  • Zorg voor koel drinkwater in de nabijheid van de werkplek (let daarbij wel op de hygiëne als er gewerkt wordt met gevaarlijke stoffen).
  • Plan zwaardere fysieke activiteiten in de vroege ochtend.
  • Voor wie buiten werkt: bescherm jezelf tegen UV- en hittestraling van de zon. Smeer je regelmatig goed in met factor 50, bedek hoofd en nek en draag luchtige kleding met lange mouwen en pijpen.
  • Gebruik koelvesten, koelcaps of andere koelkleding bij extreme omstandigheden – laat medewerkers hierbij verschillende varianten testen zodat ieder voor zich kan bepalen wat voor hem of haar prettig werkt.